Dat zijn de belangrijkste conclusies uit een enquête van het Italiaanse onderzoeksinstituut Censis onder de Italiaanse bevolking.
De resultaten laten onder meer zien dat 62% van de katholieken regelmatig bidt en 42% van hen regelmatig naar de Mis gaat en 23% op pelgrimage. Deze terugkeer naar de volksdevotie schrijft Censis toe aan paus Franciscus die “het volksgeloof weer nieuw leven in heeft geblazen” en aan de groeiende “collectieve angst voor het islamitisch terrorisme”. Bijna 78% van de katholieken denkt ook dat de kracht van de Kerk vooral schuilt in het charisma van paus Franciscus.
Tegelijkertijd willen steeds meer Italiaanse katholieken dat de Kerk meegaat met de sociale veranderingen van deze tijd en haar leer aanpast. Zo pleit 73% van de ondervraagde katholieken voor een herziening van de seksuele moraal, 66% voor een grotere rol voor vrouwen in de kerk en 56% voor opheffing van het celibaat voor priesters. Ook wil 64% van de katholieken dat de Kerk homoseksuele koppels erkent en accepteert, maar niet het homohuwelijk en ook niet de mogelijkheid voor homostellen om kinderen te adopteren.
De ondervraagde katholieken willen vooral een Kerk die in staat is de problemen van de jongeren (98%) en van de gezinnen (97%) van vandaag de dag te begrijpen. Ook verlangt men naar een bescheiden Kerk (93%) die de erfenis van het Tweede Vaticaans Concilie opnieuw ontdekt (88%).
Het rapport van Censis schrijft de veranderde houding van Italiaanse katholieken ten opzichte van het geloof toe aan “decennia van individualisme, onverschilligheid, egoïsme, nihilisme, narcisme”.
