Dat schrijft kardinaal Timothy Dolan in een weblog naar aanleiding van de ophef die de filmpjes hebben veroorzaakt. Volgens de aartsbisschop van New York komt nu “de waarheid naar buiten” uit de monden van Planned Parenthood-medewerkers zelf.
Tientallen jaren hebben abortusvoorstanders ontkend of geminimaliseerd dat ongeboren kinderen mensen zijn. “Handige eufemismen zijn gebruikt om de ware aard van het doel van abortus te verhullen, zoals ‘producten van conceptie’, ‘klompjes weefsel’, ‘de inhoud van een baarmoeder’, ‘een zwangerschap afbreken’ en dergelijke.”
Zulke “misleidende taal” kan echter niet meer worden gebruikt, schrijft de kardinaal, “dankzij de leden van de staf van Planned Parenthood die op deze undercover filmpjes vastgelegd zijn, met hun gevoelloze botheid over wat zij feitelijk deden”.
Met gevoel voor ironie merkt Dolan op dat we “Planned Parenthood voor een keer feitelijk op zijn woord kunnen geloven, omdat ze in deze filmpjes geen eufemismen gebruiken, maar in plaats daarvan openlijk de menselijkheid erkennen van de baby’s die ze hebben geaborteerd en nu ontleden. Dit is perfect logisch. Het hele punt was dat het kind echt een menselijke persoon was, en hun organen en ander weefsel konden verkocht worden voor experimenten”.
“Met andere woorden”, concludeert Dolan, “de luitjes bij Planned Parenthood hebben eindelijk de waarheid verteld over wat ze eigenlijk doen als ze ieder jaar meer dan 300.000 baby’s aborteren – dat is meer dan 20% van alle abortussen in dit land: ze maken een eind aan een onschuldig, fragiel, weerloos menselijk leven”.
Dolan verwijst naar een fragment waarin een technicus over koetjes en kalfjes spreekt met de interviewer terwijl ze “koud haar behandelen beschrijft van de verschillende organen van een van de geaborteerde baby’s. Ze wordt dan gehoord, uitroepend, ‘Nog een jongen!’”.
De “erkenning van de waarheid” in deze scene is “een doorslaggevend moment. Niemand kan zich er meer voor verbergen. Het komt recht uit hun eigen monden. Het is geen ding. Het is niet enkel wat weefsel. ‘Het is een jongen!’ Het is een mens, baby, jongen’”.
De kardinaal refereert aan de medaille die voormannen van de strijd tegen slavernij gebruikten. “Die toont een slaaf, gebonden in ketenen, en stelt een simpele vraag – ‘Ben ik niet een mens en een broeder?’. ‘Nog een jongen’ stelt ons nu dezelfde vraag. Hoe antwoorden wij?”
