fbpx
<

Geef om katholieke journalistiek

doneer
Archief

Nederlandse missiezuster Niger: ‘Christenen moeten dood, zeggen aanhangers Boko Haram’

KN Redactie 22 januari 2015
image

Dat schrijft een Nederlandse missiezuster, die vanwege veiligheidsredenen anoniem wil blijven, in een aangrijpende e-mail die Katholiek Nieuwsblad in handen kreeg.

Ten minste tien doden
Bij gewelddadige protesten in Niger tegen het Franse satirische weekblad Charlie Hebdo vielen vorige week tenminste tien doden en 173 gewonden. Volgens de zuster waren deze gewelddadige protesten “op voorhand gepland”, schrijft ze.

‘Diabolisch’
“Met Kerstmis wilde Boko Haram al de kerken tijdens de nachtmis hier in Niger in de fik zetten en ons levend verbranden! Dat is niet gelukt om de één of de andere reden. Niemand weet het. Een samenloop van omstandigheden met die tekeningen van Charlie heeft de wereld in brand gezet. De christenen moeten dood, zo kunnen wij naar de hemel, zeggen de aanhangers van Boko Haram. Diabolisch. Maar we laten ons niet leiden door de angst. Liefde is sterker dan de haat.”

‘Sociale crisis’
Naast de cartoons van Charlie Hebdo over de islamitische profeet Mohammed is ook de “sociale crisis in Niger” een oorzaak van de wrede protesten, schrijft de zuster.

‘Waarom zoveel haat?
In haar e-mail, getiteld ‘vrede’, vraagt de zuster zich af waarom er zoveel haat en geweld is. “Vrede is niet zomaar een woord. We beseffen hoe broos alles is. We moeten hard werken aan de vrede en beginnen aan onze eigen bekering. Waarom zoveel haat? Geweld? Wij huilen. Tranen rollen. Jezus red ons.”

Ondergedoken
De Nederlandse missiezuster en haar medezusters zijn gevlucht voor het geweld en zitten ondergedoken bij een bevriende familie in de Nigerese hoofdstad Niamey.

De zuster beschrijft in haar e-mail het hartverscheurende geweld in de hoofdstad en in Zinder, de tweede stad van het land.

‘Alles kwijt, maar ze leven’
“Eerst kwam Zinder aan de beurt: vijf doden. Vier in de kerk en één in een bar. Frans cultureel centrum aangevallen, helemaal in de fik en ook de bank BRS. De kerk in de fik, waar de witte paters wonen en daarnaast de zusters van de L’assomption, hun huis, auto’s en school alles in brand. Ze hebben niets meer enkel hun leven en dat is genoeg om dankbaar te blijven. Ze zijn op tijd kunnen vluchten en schuilen in een militair kamp. Alles kwijt, maar ze leven. Een witte pater ligt in het ziekenhuis gekwetst, maar niet gevaarlijk.”

Weeshuizen
In Niamey vond soortgelijk geweld plaats, aldus de zuster, “maar op grotere schaal”. Ze beschrijft hoe een groep mannen op motoren “de kerken, de één na de andere” geplunderd, vernield en vervolgens in brand gestoken heeft. “Ze hebben alles eruit gehaald wat ze konden gebruiken en daarna met bidons met benzine de kerk in brand gezet. Ook de protestantse kerken en de evangelische kerken zijn verbrand. Alles bij elkaar veertig kerken, niet te geloven!”

Ook bars, restaurants en benzinestations zijn leeggeroofd en in brand gestoken. Verder zijn weeshuizen aangevallen. “Gelukkig hebben ze de kinderen veilig kunnen onderbrengen bij de politie, maar hebben ze de voorraadschuren leeggehaald”, schrijft de zuster.

‘Mogen we eerst de zieken eruithalen’
Volgens de Nederlandse missiezuster hebben de zusters van Moeder Teresa in Niamey een ziekenhuis met patiënten weten te redden.

De gewelddadige demonstranten wilden het hospitaal “in de fik zetten”, schrijft de zuster, “maar de moedige zusters zeiden: ‘Mogen we eerst al de zieken eruit halen voor jullie alles in de fik zetten?’ Deze zinnen hebben het hart geraakt en daardoor hebben ze het ziekenhuis niet aangeraakt, maar wel hun kerk totaal verbrand”.

‘Allerheiligste consumeren, want ze willen de tabernakels verbranden’
De zuster vervolgt: “Toen de bisschop hoorden dat twee zustergemeenschappen werden aangevallen heeft Mgr. Laurent alle gemeenschappen van de zusters gevraagd via telefoon, meteen weg te vluchten en onderdak te zoeken. We kregen al verontrustende telefoontjes van onze islamitische vrienden die zeiden: ‘Kom bij ons, blijf niet in de populaire wijk waar jullie wonen. Je weet maar nooit, die bendes.’ Met een medezuster ben ik  naar de kapel gegaan om het Allerheiligste te consumeren want ze willen de tabernakels verbranden. We hebben alles achter slot en grendel gezet in de hoop dat we de fraterniteit terugvinden.”

‘Tranen in de ogen afscheid nemen’
“Iedereen scharrelde in een minimum van tijd alles bij mekaar. Een andere zuster  die gewend was te vluchten in de helse periode van de genocide in 1994 in Rwanda deed al haar kleren aan die ze kon vinden. Ze had vijf rokken, vijf T-shirts die ze de één na de andere om haar heen had geslagen We hebben staan lachen als gekken toen we zagen dat ze als een reus uit haar kamer kwam; ze kon bijna niet meer lopen, zo dik aangekleed! Een medezuster  was net van Polen terug en had haar bagage nog niet eens aangeraakt en we moesten meteen vluchten; jeetje mina dat was een schok voor haar waar ze niet goed van is. De buren kwamen met tranen in de ogen afscheid nemen, en we hebben een van hen de sleutel van het huis toevertrouwd. Ontroerend.”

‘Niet te geloven’
“Een  goeie moslimvriend kwam intussen met zijn motor vragen hoe we het stelden. Hij heeft ons uitgeleide gedaan om de chauffeur te begeleiden die ons kwam ophalen. Een vriendin had alles voor mekaar gekregen om een chauffeur te vinden zodat we met zijn vijven in dezelfde auto konden. Een familie uit het Midden-Oosten heeft ons onthaald zoals de mensen van de Oriënt dat kunnen. Onderweg zagen we al een protestantse kerk platgebrand. O nee, niet te geloven, en dat in het rustige Niger. Niger is nu niet meer rustig.”

‘Ons geloof versterkt zich’
“We zijn nu veilig bij een familie. We komen niet buiten. We bidden, maken het stil, nemen eindeloze telefoontjes aan van overal bezorgede mensen en kleine zusters. Zondag niet naar de kerk, maar vanavond twee priesters die in de bovenkamer de mis komen doen. Ontroerend, dat was niet gepland. God laat ons niet in de steek. Balsem op onze harten en ons geloof versterkt zich.”

De zuster eindigt haar e-mail met de hoop dat het geweld stopt. “We zijn weer rustig. We proberen ons niet te laten leiden door geweld of angst. Niemand weet wat de toekomst brengen zal. Hopelijk wordt het nu rustiger en kunnen we hopelijk terug naar de fraterniteit. We blijven voorzichtig en we weten een weg te vinden naar veiligheid. De bisschoppen houden stevig contact met ons via telefoon en sms. Mocht er iets zijn, zullen er maatregelen worden getroffen. Ook de ambassade houdt ons in de gaten.”

Tot slot vraagt de Nederlandse missiezuster om gebed voor de situatie in Niger. “Bid voor ons, voor ons volk, voor de wereld. Dat het Licht van Jezus’ liefde zich mag verspreiden.”