Dat zei Robert P. George, de bekende Amerikaanse topjurist en hoogleraar van Princeton dit weekeinde op een grote bijeenkomst in Orlando (Florida). George voegde eraan toe dat mensen zich nog wel veilig ‘katholiek’ kunnen noemen zolang ze niet geloven, of ten minste geheel zwijgen over “wat de Kerk leert over kwesties als huwelijk en seksuele moraal en de heiligheid van menselijk leven.”
Volgens George zullen “de wachters van de normen van culturele orthodoxie die we ‘politieke correctheid’ zijn gaan noemen” wel doorgaan met katholieken te accepteren die zich schamen voor het evangelie “of wie in de openbaarheid wil doen alsof hij of zij erover beschaamd is”.
De hoogleraar van Princeton die een belangrijk prolife-leider is, herinnerde zijn gehoor aan de woorden van Christus: Als iemand mijn leerling wil zijn, laat hij dan zijn kruis opnemen en Mij volgen. “Wij, Amerikaanse katholieken, zijn op ons gemak gesteld geraakt, en zijn deze tijdloze evangelie-waarheid vergeten of hebben die verwaarloosd. Dat zal nu niet meer gaan.”
Zijn christenen nog “bereid om publiek te getuigen over de massief politiek incorrecte waarheden van het evangelie die de mandarijnen niet willen horen van de elitecultuur die bepaald wordt door de dogma’s van expressief individualisme en het liberalisme van de ik-generatie?”, zo vroeg hij zich af.
Voor katholieken zo goed als voor evangelicalen in Amerika “is het nu Goede Vrijdag”, aldus George, die ernstig ziek is geweest en van het publiek een staande ovatie kreeg. Hij besloot:
“De herinnering aan Jezus’ triomfantelijke intocht in Jerusalem is verbleekt. Ja, hij is begroet – en niet lang geleden – door massa’s mensen die palmtakken wuifden en ‘Hosanna voor de Zoon van David’ juichten. Hij reed het Jeruzalem in van Europa en het Jeruzalem van de Amerika’s en werd tot Heer en Koning uitgeroepen. Maar dat is nu allemaal verleden tijd. Vrijdag is aangebroken. De liefdesaffaire met Jezus en zijn evangelie en zijn Kerk is voorbij.’
“Omdat we bang zijn om de rijkdom in de waagschaal te stellen die we hebben opgehoopt, de zaken die we hebben opgebouwd, de professionele en sociale positie die we hebben bereikt, de veiligheid en rust die we genieten, de relaties die we waarderen, zullen we ons daarom stilletjes neerleggen bij de vernietiging van onschuldige mensenlevens of de verwoesting van het huwelijk? Zullen we proberen ons ‘aan te passen’ om geaccepteerd te worden, om comfortabel te wonen in het nieuwe Babylon? Zo ja, dan zal ons geweten opspelen. Zijn woorden zullen de woorden van Petrus zijn die zich warmde aan het vuur: “Jezus de Nazireeër. Ik zeg u, ik ken de man niet.”
De reddende boodschap van het evangelie van Jezus Christus houdt zijn integrale leer in over zijn Kerk, over de diepe en inherente waardigheid van de menselijke persoon en de natuur van het huwelijk als een echtelijke verbintenis – een eenheid uit één vlees.”
“De kwestie van geloof en geloofstrouw die ons vandaag wordt gesteld is niet die van Petrus. ‘Welzeker zijt gij de leerling van die man’. Het is eerder of je staat voor de heiligheid van het menselijk leven en de waardigheid van het huwelijk als de vereniging van man en vrouw. Deze leer is niet het hele evangelie – christendom vraagt veel meer dan alleen de bevestiging hiervan. Maar ze maken wel integraal onderdeel van het evangelie uit – ze zijn niet optioneel of verwaarloosbaar. Om een authentieke getuige van het evangelie te zijn, moet je deze waarheden samen met de andere verkondigen. Het evangelie is, zoals de H. Johannes Paulus de Grote leerde, een evangelie van het leven. En dat is ook een evangelie van gezinsleven. En het zijn deze integrale dimensies van het evangelie die de machtige cultuurkrachten en stromingen van vandaag willen dat we ontkennen of onderdrukken.
Op een dag zullen we rekenschap afleggen voor alles wat we gedaan hebben en nagelaten…”
“Slechts één ding zal ertoe doen: laat mij dit zeggen met de uiterste helderheid – of we gestaan hebben voor de waarheid, luid en openlijk, en daarbij de last van het discipelschap hebben gedragen die onverbrekelijk zijn verbonden aan het getrouw getuigen van de waarheid in culturen die zich afwenden van God en zijn wet. Of schaamden we ons voor het evangelie?”
“Als we waarheden van het evangelie ontkennen, zijn we in feite als Petrus die belijdt “ik ken deze man niet.’ Als we stilzwijgend aan ze voorbijgaan, zijn we in feite als de andere apostelen, die er angstig vandoor gingen. Maar als we de waarheden van het evangelie verkondigen, staan we werkelijk aan de voet van het kruis met Maria, de moeder van Jezus en Johannes, de leerling die Jezus liefhad. we laten door onze trouw zien dat we ons niet schamen voor het evangelie. We bewijzen dat we waarlijk Jezus’ leerlingen zijn, bereid om zijn kruis op te nemen en Hem te volgen – zelfs naar Calvarië.”
“Maar als we de proef niet halen, zoals wellicht bij velen het geval zal zijn, laat ons dan eraan denken dat Pasen eraan komt. Jezus zal zonde en dood overwinnen. We zullen angst ervaren, net als de apostelen. Zoals Jezus zelf in Getsemane, zouden we liever deze beker voorbij laten gaan. We zouden liever aanvaarde christenen zijn, behaaglijke katholieken. Maar ons vertrouwen in Hem, onze hoop in zijn verrijzenis, ons geloof in de soevereiniteit van zijn hemelse vader kan angst overwinnen. Met de genade van de Almachtige God komt Pasen er inderdaad aan. Wees niet beschaamd voor het evangelie. Wees nooit beschaamd voor het evangelie.” (KN/LifeSiteNews)