De Raad doet dit in een boodschap aan de moslims bij het begin van de ramadan, de islamitische vastenmaand.

Geleden onder religieus geweld
De boodschap richt zich tot moslims die geleden hebben onder religieus geweld, familie en vrienden hebben verloren of getuige zijn geweest van de vernietiging van hun huizen of erfgoed.

‘Nog stuitender’
Dit zijn zware geweldsdaden, staat in het document. “Wat ze echter nog stuitender maakt, is de poging ze in de naam van religie te rechtvaardigen.”

‘Dubbele misdaad’
De Raad vraagt om onderwijs om “het heilig karakter van het leven en de afgeleide waarde van iedere persoon te leren”. Moorden in de naam van religie is “een dubbele misdaad: tegen God en de precieze persoon”.

Samenwerken voor vrede en veiligheid
Het document zegt niet met letterlijk dat de zwaarste campagnes van religieus geweld door moslimextremisten worden gepleegd. Het roept christenen en moslims  op samen te werken voor vrede en te bidden voor “rechtvaardigheid, voor vrede en veiligheid in de wereld; voor diegenen die zijn afgeweken van het ware pad van het leven en geweld begaan in de naam van religie, zodat zij naar God terugkeren en hun leven veranderen; voor de armen en de zieken”.