Uitgesproken feministes wekken bij mensen doorgaans minder bewondering en eerder een soort aandoenlijk mededogen op. De onlangs overleden Mariëtte Stoelinga was daarop een uitzondering. Zij was een van de belangrijkste persoonlijkheden in de Brabantse Kerk van de afgelopen veertig jaar.
Dat idee zou ze zelf bespottelijk hebben gevonden, maar het was wel zo. Ze gaf Latijn en Grieks op het grootseminarie in Den Bosch. Dat staat er nu leeg en een beetje verpieterd bij, maar zat decennialang stampvol jonge mannen die allemaal mede door Stoelinga zijn gevormd.
Het werd in 1987 gesticht door bisschop Johannes ter Schure. De oude seminaries waren toen nog maar twintig jaar geleden opgeheven met het idee dat de theologische faculteiten wel in nieuwe geestelijken zouden voorzien. Die faculteiten leverden alleen vooral tegen de Kerk gekante crypto-sociologen en zurige pastorale werksters op, zodat na twintig jaar de nood aan vers gepriesterte toch wel echt nijpend werd.
Ter Schure kocht een oud fraterhuis middenin ’s-Hertogenbosch en stichtte een nieuw seminarie, het Sint-Janscentrum. De eerste rector was mgr. Antoon Hurkmans, een boeiende en bewonderenswaardige persoonlijkheid over wie later maar eens meer moet worden verteld. Hij was ook echt de spil van het geheel, samen met de spirituaal, pater Groenen.
“Stoelinga leefde simpelweg vóór wat anderen alleen met veel lawaai verkondigden.”Tweet dit!
Daaromheen vormde zich een groep gemotiveerde en trouwe mensen die de sfeer en spiritualiteit van het Sint-Janscentrum zouden gaan bepalen. Die bestond uit een heel aantal priesters en een vrouw. Die vrouw was Mariëtte Stoelinga.
Haar taak was op het eerste gezicht eigenlijk niet eens zo inhoudelijk; eerder een technisch onderdeel. Zoals al vermeld gaf ze Latijn en Grieks. Voor veel van de studenten was ze echter veel meer. Dat kwam door haar persoonlijke geloof, dat groot, warm en zachtmoedig was. Stoelinga leefde simpelweg vóór wat anderen alleen met veel lawaai verkondigden.
Ten eerste was ze bij alles en altijd aanwezig. Als er bijvoorbeeld wijdingen waren geweest, plotte ze een wild vervoersschema aan elkaar waardoor ze zoveel mogelijk eerste Missen kon bijwonen. Als het om bilocatie ging, kon pater Pio nog wat van haar leren. Wie haar nodig had, kon haar dan ook altijd vinden. Haar verstand was sneller dan haar oordeel en haar mond, wat in de Kerk ook niet altijd vanzelfsprekend is.
Dat maakte ook dat ze prima kon functioneren tussen een berg opgeschoten jongens. Die mochten haar namelijk ook wel graag plagen. Omdat ze (toen al!) een grote passie voor duurzaamheid had, was haar garderobe soms behoorlijk excentriek. “Stoeliewoelie” werd ze genoemd, ogenschijnlijk denigrerend.
In werkelijkheid genoot ze natuurlijk ondertussen het grootste respect. Niet in de eerste plaats vanwege haar grote intellect, hoewel ze dat zeker had. Ze was een leerlinge van de grote Christine Mohrmann geweest, een internationale beroemdheid op het gebied van christelijk Latijn.
De meeste seminaristen waren daar alleen niet zo mee bezig. Haar iconische christen-zijn en haar onverwoestbare trouw hebben daarentegen op iedereen grote indruk gemaakt.
Pater Hugo is kluizenaar te Warfhuizen. Elke drie weken schrijft hij een column in Katholiek Nieuwsblad.
In een wereld waarin alles voortdurend verandert en onder druk staat, is katholieke kwaliteitsjournalistiek een uniek en kostbaar goed. Op KN.nl heeft u altijd toegang tot het laatste nieuws uit kerk en samenleving, en vindt u uitgebreide reportages en verhelderende analyses van onze gespecialiseerde redacteuren.
Voor maar € 1,40 per week leest u altijd als eerste al het moois dat KN.nl te bieden heeft, heeft u online onbeperkt toegang tot al onze artikelen én steunt u het voortbestaan van de laatste katholieke krant van Nederland.
Dus geef om katholieke kwaliteitsjournalistiek en word lid van KN Online.