Tijdens de algemene audiëntie van 19 april sprak paus Franciscus over de Verrezen Christus die onze hoop is (vlg. 1 Kor. 15).
Beste broeders en zusters, goedemorgen!
We ontmoeten elkaar vandaag in het licht van Pasen, dat we hebben gevierd en blijven vieren in de liturgie. Daarom wil ik het vandaag, op onze weg door de catecheses over de christelijke hoop, met jullie hebben over de Verrezen Christus, onze hoop, zoals de apostel Paulus hem weergeeft in de Eerste Brief aan de Korintiërs (vlg. hoofdstuk 15).
De apostel wil afrekenen met een probleem dat zeker in de gemeenschap van Kortinthe het middelpunt van de discussie vormde. De verrijzenis is het laatste onderwerp dat besproken wordt in de Brief, maar waarschijnlijk is het in orde van belangrijkheid het eerste: alles steunt dan ook op dit gegeven.
Sprekend tot zijn christenen, vertrekt Paulus vanuit een onbetwistbaar feit. Dat komt niet tot stand uit de overdenking van een of ander wijs man, maar is een feit, een simpel feit, dat ingrijpend is geweest in het leven van een aantal mensen. Het christendom is hieruit ontstaan. Het is geen ideologie, geen filosofisch gedachtengoed, maar een geloofsweg die vertrekt vanuit een gebeuren waarvan de eerste leerlingen van Jezus getuigd hebben.
Paulus vat het als volgt samen: Jezus is gestorven voor onze zonden, is begraven en is de derde dag verrezen en vervolgens verschenen aan Petrus en de Twaalf (vlg. 1 Kor. 15,3-5). Dat is het feit: Hij is gestorven, begraven, verrezen en verschenen. Ofwel, Jezus leeft! Dat is in een notendop de christelijke boodschap.
Bij de verkondiging van dit gebeuren, dat de kern van het geloof vormt, benadrukt Paulus vooral het laatste element van het paasmysterie, ofwel het feit dat Jezus uit de doden is opgewekt.
Als alles namelijk met de dood zou zijn geëindigd, zouden we in Hem een voorbeeld van uiterste toewijding hebben gehad, maar dat zou ons geloof niet hebben opgewekt. Hij was een held. Nee! Hij is gestorven, maar Hij is verrezen. Want het geloof ontstaat uit de verrijzenis. Aannemen dat Christus gestorven is en dat Hij aan het kruis gestorven is, is geen daad van geloof, maar een historisch feit. Geloven dat Hij verrezen is, is echter wel een daad van geloof.
Ons geloof ontstaat op de ochtend van Pasen. Paulus somt een reeks personen op aan wie de verrezen Jezus is verschenen (vlg. vers 5-7). Hier hebben we een kleine samenvatting van alle paasverhalen en van alle mensen die in contact zijn gekomen met de Verrezen Heer.
Bovenaan de lijst staan Kefas, ofwel Petrus, en de groep van Twaalf. Dan de “vijfhonderd broeders” van wie velen nog getuigenis konden geven. Vervolgens wordt Jakobus genoemd. De laatste van de lijst, als de minst waardige van allemaal, is hijzelf. Paulus noemt zichzelf “de misgeboorte” (vlg. vers 8).
Paulus gebruik deze uitdrukking omdat zijn persoonlijke geschiedenis dramatisch is: hij was geen misdienaar, maar een vervolger van de Kerk, trots op zijn eigen overtuigingen; hij voelde zich een geslaagd man, met een helder idee van hoe het leven met al zijn verplichtingen in elkaar stak.
Maar in dit perfecte plaatje – alles was perfect bij Paulus, hij wist alles -, in dit perfecte plaatje van het leven, gebeurt er op een dag iets dat absoluut niet te voorzien was: de ontmoeting met de Verrezen Jezus op de weg naar Damascus. Daar was niet alleen een man die op de grond viel: er was een mens die gegrepen werd door een gebeurtenis die de betekenis die hij aan het leven gaf op zijn kop zou zetten.
En de vervolger wordt apostel. Waarom? Omdat ik de levende Jezus heb gezien! Ik heb de verrezen Jezus Christus gezien! Dat is het fundament van het geloof van Paulus, zoals dat ook zo was bij het geloof van de andere apostelen, van de Kerk, van ons geloof.
Wat is het mooi om te denken dat het christendom in essentie precies dat is! Het is niet zozeer onze zoektocht naar God, een zoektocht die in alle eerlijkheid nogal wankel is, maar veeleer een zoektocht van God naar ons.
Jezus heeft ons vastgepakt, hij heeft ons gegrepen om ons niet meer los te laten. Het christendom is genade, het is verrassing, en om die reden gaat het uit van een hart dat in staat is tot verwondering.
Een gesloten hart, een beredenerend hart is niet in staat tot verwondering en kan niet begrijpen wat het christendom is. Want het christendom is genade, en de genade kun je alleen maar vatten, en tegenkomen bovendien, in de verwondering over de ontmoeting.
En ook al zijn we dus zondaars – en dat zijn we allemaal -, ook al zijn onze goede bedoelingen op de plank blijven liggen, of ook al worden we er ons, kijkend naar ons leven, van bewust dat we in veel dingen gefaald hebben… Op de ochtend van Pasen kunnen we doen zoals de mensen waarover het Evangelie het heeft: naar het graf van Christus gaan, de weggerolde grote steen zien en bedenken dat God voor mij, voor ons allemaal, een onvoorziene toekomst aan het realiseren is.
Naar ons graf gaan: allemaal hebben we een klein graf in onszelf. Daar naartoe gaan en zien hoe God in staat is om van daaruit te verrijzen: daarin ligt geluk, vreugde, leven. Daar waarvan iedereen dacht dat er alleen verdriet, verslagenheid en duisternis heerste. God laat zijn mooiste bloemen bloeien te midden van de koudste stenen.
Christen zijn betekent niet vertrekken vanuit de dood, maar vanuit de liefde van God voor ons; Hij die onze bittere vijand heeft verslagen. God is veel groter dan het niets, en een aangestoken kaars is voldoende om de meest duistere nacht te overwinnen.
Paulus schreeuwt in navolging van de profeten: “Dood, waar is uw overwinning? Dood, waar is uw angel?” (vers 55). In deze dagen van Pasen dragen we deze schreeuw mee in ons hart. En als ze ons vragen naar het waarom van onze glimlach en van ons geduldig delen, dan kunnen we antwoorden dat Jezus nog hier is, dat hij levend aanwezig blijft onder ons, dat Jezus hier is, op dit plein, met ons: levend en verrezen. (Vert. SvdB)
In een wereld waarin alles voortdurend verandert en onder druk staat, is katholieke kwaliteitsjournalistiek een uniek en kostbaar goed. Op KN.nl heeft u altijd toegang tot het laatste nieuws uit kerk en samenleving, en vindt u uitgebreide reportages en verhelderende analyses van onze gespecialiseerde redacteuren.
Voor maar € 1,40 per week leest u altijd als eerste al het moois dat KN.nl te bieden heeft, heeft u online onbeperkt toegang tot al onze artikelen én steunt u het voortbestaan van de laatste katholieke krant van Nederland.
Dus geef om katholieke kwaliteitsjournalistiek en word lid van KN Online.