fbpx
<

Geef om katholieke journalistiek

doneer
Inspiratie

‘Heer, help mij!’

KN Redactie 21 augustus 2017
image

Bij het angelusgebed op 20 augustus sprak paus Franciscus over de noodzaak te groeien in geloof.

Beste broeders en zusters, goedemorgen!

Het Evangelie van vandaag (Mt. 15,21-28) toont ons een buitengewoon voorbeeld van geloof in de ontmoeting van Jezus met een Kananeese vrouw, een vreemdeling te midden van de Joden. Het verhaal ontvouwt zich als Hij op weg is naar de steden Tyrus en Sidon, in het noordwesten van Galilea. Hier smeekt de vrouw Jezus om haar dochter te genezen die, zo zegt het Evangelie, “van een duivel bezeten is” (vers 22). De Heer lijkt deze schreeuw van pijn in eerste instantie niet te horen, zo zeer zelfs dat de leerlingen zich genoopt voelen om voor haar op te komen. Jezus’ ogenschijnlijke kilte ontmoedigt deze vrouw niet, die Hem blijft aanroepen.

Kracht van vrouwen

De innerlijke kracht van deze vrouw die haar in staat stelt om elk obstakel te overwinnen, is te verklaren door haar moederlijke liefde en door haar vertrouwen dar Jezus aan haar vraag kan voldoen. En dat doet mij denken aan de kracht van vrouwen. Met hun kracht zijn ze in staat om grote dingen te realiseren. We hebben er zo veel gekend!

We kunnen zeggen dat het de liefde is die het geloof voortbeweegt en het geloof wordt, op haar beurt, de prijs van de liefde. Haar hartverscheurende liefde voor haar dochter brengt haar ertoe te roepen: “Heb medelijden met mij, Heer, Zoon van David!” (vers 22). En haar onvermoeibare geloof in Jezus stelt haar in staat om de moed niet te laten zakken, zelfs niet bij zijn aanvankelijke afwijzing. De vrouw daarom “wierp zich voor zijn voeten neer en zei: ‘Heer, help mij!’“ (vers 25).

Volharding 

Jezus raakt uiteindelijk verwonderd over zoveel vasthoudendheid, Hij is bijna verbaasd over het geloof van een heidense vrouw. Daarom gaat Hij op haar vraag in en zegt: “ ‘Vrouw, ge hebt een groot geloof! Uw verlangen wordt ingewilligd.’ En van dat ogenblik was haar dochter genezen.” (vers 28). Deze nederige vrouw wordt door Jezus aangewezen als een voorbeeld van een onverwoestbaar geloof.

Haar volharding in het aanroepen van Christus’ hulp is voor ons een stimulans om niet ontmoedigd te raken, om niet te wanhopen wanneer we gebukt gaan onder de zware beproevingen van het leven. De Heer kijkt niet de andere kant op als Hij onze noden bemerkt en als het soms lijkt alsof Hij ongevoelig is voor onze roep om hulp, is dat om ons geloof op de proef te stellen en te versterken. Wij moeten blijven roepen, net zoals deze vrouw: “Heer, help mij! Heer, help mij!”. Precies zo, volhardend en moedig. En dat is de moed die nodig is bij het gebed.

Groeien in geloof

Deze gebeurtenis uit het Evangelie helpt ons te begrijpen dat we allemaal moeten groeien in geloof en ons vertrouwen in Jezus moeten versterken. Hij kan ons helpen om de weg terug te vinden wanneer we het kompas van onze reis kwijt zijn geraakt; wanneer de weg niet meer vlak lijkt, maar steil en ongelijk; wanneer het moeilijk is om trouw te blijven aan onze taken.

Het is belangrijk dat we ons geloof elke dag voeden, met het aandachtig luisteren naar het Woord van God, met het vieren van de sacramenten, met het persoonlijk gebed als ‘roep’ naar Hem – “Heer, help mij!” – , en met concrete liefdadigheid naar de naaste.

Toevertrouwen aan de Heilige Geest

Laten we ons toevertrouwen aan de Heilige Geest opdat Hij ons helpt om te volharden in het geloof. De Geest vult het hart van de gelovigen met moed; Hij geeft ons leven en ons christelijk getuigenis overtuigings- en overredingskracht; Hij moedigt ons aan om de scepsis jegens God en de onverschilligheid jegens de naaste te overwinnen.

Dat de Maagd Maria ons steeds meer bewust maakt van onze behoefte aan de Heer en aan zijn Geest; dat zij voor ons een krachtig geloof, vol van liefde, verkrijgt; een liefde die zich tot smeekbede weet te maken, een moedige smeekbede aan God. (Vert. SvdB)