De schatkamer van de Onze Lieve Vrouwebasiliek in Maastricht is weer open na een grondige herinrichting. Het ‘museumpje’ is niet groot, maar de voorwerpen in de collectie vertegenwoordigen verschillende perioden en werelddelen.
T.H.E.S.A.U.R.U.S. staat in fraaie kapitalen boven de nieuwe entree van de schatkamer van de basiliek van Onze Lieve Vrouwe in Maastricht. In 2022 liep de zaal door lekkage forse schade op. Het parochiebestuur besloot met het herstel dan ook maar meteen de al eerder overwogen herinrichting aan te pakken. De museale opstelling dateerde uit 1933; het was tijd voor modernisering.
“We hebben de nieuwe toegang een extra facelift gegeven door de Sterre der Zee-replica, die wat verderop stond, vlak naast de ingang te zetten”, vertelt koster Mark Pleunis. “Door het vergroten van wat vitrines konden we ook de presentatie veranderen. Veel is nu gegroepeerd op basis van het gebruikte materiaal. Alle ivoren en benen voorwerpen staan nu bij elkaar. Ook textiel en hoorn kregen een eigen kastje, net als metaal, hout en bergkristal.”
De verzameling liturgische voorwerpen van drie kerken in Zuid Limburg hebben zo’n belangrijke kunsthistorische waarde dat ze een eigen ‘museumpje’ hebben. De Onze Lieve Vrouw-schatkamer is er een van; de andere zijn die van de Sint-Servaasbasiliek, ook in Maastricht, en van de Sint-Amelbergabasiliek in Susteren.
In 1204 veroverden en plunderden de kruisvaarders tijdens de Vierde Kruistocht Constantinopel. Dat veroorzaakte een stroom van oorlogsbuit naar West-Europa, met veel gouden en zilveren reliekhouders. Luikenaar Reinier van Sint-Jacob schrijft in zijn kroniek dat een Maastrichtse geestelijke in 1206 uit Constantinopel thuiskwam met een grote kruisreliek, die hij aan de Mariakerk schonk.
Het zou zomaar kunnen dat de andere relieken uit diezelfde periode in de Onze Lieve Vrouwe, namelijk het Maria-enkolpion (een reliekenhangertje), de Gordel van Maria en het Kruisje van Constantijn, van dezelfde gever zijn. Dat laatste bevond zich in de schatkamer tot 1837, toen een ambitieuze oud-kanunnik het, samen met een Byzantijns patriarchaalkruis, aan paus Gregorius XVI schonk. Latere pogingen het grote kruis terug te krijgen mislukten. Het bevindt zich nog steeds in de Sint-Pieter in Rome.
“De herinrichting leverde een nieuwe vondst op: een akte uit 1325, die uitvoerig het verlenen van aflaten vastlegt”Tweet dit!
De twee kapittelkerken in Maastricht hadden het regelmatig flink met elkaar aan de stok over het tonen van hun relieken. Het ging vooral over het weglokken van elkaars pelgrims, een belangrijke inkomstenbron. Het kapittel van de Sint-Servaas was het grootst en het rijkst van de twee en vond daarom dat zij het alleenrecht daarop had.
De Onze Lieve Vrouwe-schatkamer heeft nog een koperen plaat uit circa 1600, waarmee toningsformulieren werden gedrukt. Op deze als souvenirs verkochte prenten stonden de relieken die een kerk toonde.
Het Byzantijns patriarchaalkruis met relikwieën van het Heilig Kruis, het pronkstuk van ‘Slevrouwe’, zoals Maastrichtenaren de basiliek noemen, domineert de hele prent. Het is een kruis met dubbele dwarsbalk, waarvan de bovenste balk korter is dan de onderste. De korte balk is voor het opschrift INRI. Het is rond het jaar 1000 gemaakt met bladgoud rond een houten kern.
In de vijftiende eeuw is de onderlinge concurrentie zo sterk dat het Sint-Servaaskapittel een soort replica laat maken, die nog steeds in die basiliek te zien is.
Nog voor de Franse bezetter de kapittels in 1797 ophief, kregen de kunstschatten van de kerken het zwaar te verduren. Om de oorlogsbelasting te kunnen betalen, werd veel goud en zilver omgesmolten. De kanunniken konden wel de meeste relieken redden. Veel reliekhouders van eenvoudiger materiaal zoals hoorn en hout overleefden de kaalslag in nabijgelegen parochiekerken.
Heel bijzonder is de ruim duizend jaar oude vikinghoorn, een Deense drinkhoorn. Het loodzilverbeslag staat vol Scandinavische afbeeldingen van mens of dier. Het reliekhoudertje in de hoorn bevat relieken van de apostelen Thomas, Andreas en Judas Thaddeus.
Het is een populair topstuk dat graag wordt geleend voor tentoonstellingen, zoals in 2020 in het Fries Museum in Leeuwarden en dit jaar in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden. Beide keren was de hoorn op hun posters het stralende middelpunt.
Het vraagt een brede vitrine om een andere topreliek, het Lambertus- of Levietenkleed van de heilige Lambertus, te kunnen tonen. Inclusief de mouwen is het kledingstuk 226 centimeter breed. Na onderzoek concludeerde men dat het in de twaalfde eeuw was gemaakt. Maastrichtenaar Lambertus werd echter in 705 in Luik vermoord.
Een latere bisschop moet de trotse drager zijn geweest. Erg groot was die niet. Het kleed is maar 130 centimeter lang. Vroeger was het de op een na belangrijkste reliek die voor het Byzantijns patriarchaalkruis werd getoond.
De herinrichting leverde een nieuwe vondst op: een akte uit 1325, die uitvoerig het verlenen van aflaten vastlegt. Het perkamenten document is bezegeld door zeventien bisschoppen. Een bezoek aan de basiliek sluit je natuurlijk af met het aansteken van een bougie, Maastrichts voor een kaars, in de Merodekapel, die net als het genadebeeld van Slevrouwe, Sterre der Zee uit de vijftiende eeuw stamt.
In een wereld waarin alles voortdurend verandert en onder druk staat, is katholieke kwaliteitsjournalistiek een uniek en kostbaar goed. Op KN.nl heeft u altijd toegang tot het laatste nieuws uit kerk en samenleving, en vindt u uitgebreide reportages en verhelderende analyses van onze gespecialiseerde redacteuren.
Voor maar € 1,40 per week leest u altijd als eerste al het moois dat KN.nl te bieden heeft, heeft u online onbeperkt toegang tot al onze artikelen én steunt u het voortbestaan van de laatste katholieke krant van Nederland.
Dus geef om katholieke kwaliteitsjournalistiek en word lid van KN Online.