fbpx
<

Geef om katholieke journalistiek

doneer
Inspiratie

Laat geen enkel obstakel in de weg staan van Gods barmhartigheid

KN Redactie 9 september 2016
image
Foto: AP

Tijdens de algemene audiëntie van 7 september sprak paus Franciscus over hoe barmhartigheid redding brengt (vlg. Mt. 11, 2-6)

Beste broeders en zusters, goedemorgen!

We hebben geluisterd naar een tekst uit het evangelie volgens Matteüs (11, 2-6). De bedoeling van de evangelist is om ons dieper binnen te laten treden in het mysterie van Jezus, om zo zijn goedheid en zijn barmhartigheid te bevatten.

Moment van duisternis

De gebeurtenis is de volgende: Johannes de Doper stuurt zijn leerlingen naar Jezus – Johannes zat in de gevangenis – om Hem een heel heldere vraag te stellen: “Zijt Gij de Komende, of hebben wij een ander te verwachten?” (vers 3). Het was precies op een moment van duisternis…de Doper keek reikhalzend uit naar de Messias en in zijn preken had hij Hem in krachtige bewoordingen omschreven. Als een rechter die eindelijk het Rijk Gods zou hebben ingesteld en zijn volk zou hebben gezuiverd door de goeden te belonen en de slechten te straffen.

Hij preekte als volgt: “Reeds ligt de bijl aan de wortel van de bomen. Elke boom dus die geen goede vrucht draagt, wordt omgekapt en in het vuur geworpen” (Mt. 3,10). Nu Jezus zijn openbare missie in een andere stijl is begonnen, lijdt Johannes daaronder, want hij bevindt zich in een dubbele duisternis: in het duister van zijn gevangenis en een cel, en in het duister van zijn hart. Hij begrijpt de stijl van Jezus niet en wil weten of Hij wel echt de Messias is, of dat er gewacht moet worden op een ander.

De bedoeling van Jezus

En het antwoord van Jezus lijkt op het eerste gezicht niet overeen te stemmen met de vraag van Johannes de Doper. Jezus zegt namelijk: “Gaat aan Johannes zeggen wat gij hoort en ziet: blinden zien en lammen lopen, melaatsen genezen en doven horen, doden staan op en aan armen wordt de Blijde Boodschap verkondigd. Gelukkig is hij die aan Mij geen aanstoot neemt!” (vers 4-6).

Hier wordt de bedoeling van de Heer Jezus duidelijk: Hij antwoordt dat Hij het concrete instrument is van de barmhartigheid van de Vader, die iedereen tegemoet gaat met troost en redding, en op die manier toont Hij het oordeel van God. De blinden, de lammen, de melaatsen, de doven krijgen hun waardigheid terug en worden niet meer uitgesloten vanwege hun ziekte. De doden worden weer tot leven gewekt, terwijl aan de armen de Blijde Boodschap wordt verkondigd. En dat wordt de samenstelling van de daden van Jezus, die op deze manier de daden van God zelf zichtbaar en voelbaar maakt.

Duidelijke boodschap

De boodschap die de Kerk ontvangt via dit verhaal over het leven van Christus is heel duidelijk. God heeft zijn Zoon niet naar de wereld gezonden om de zondaars te straffen, noch om de boosaardigen te vernietigen. Tot hen wordt echter de uitnodiging tot bekering gericht opdat ze, bij het zien van de tekenen van de goddelijke goedheid, de weg terug kunnen vinden. Zoals de psalm zegt: “Onthield Gij de schulden, o God, wie hield stand in uw oordeel? Docht vergeving is er bij U, want zó wilt Ge gevreesd zijn” (130, 3-4).

De rechtvaardigheid die Johannes de Doper centraal stelde in zijn preken, manifesteert zich bij Jezus op de eerste plaats als barmhartigheid. En de twijfels van Johannes doen niet anders dan vooruitlopen op de bezorgdheid die Jezus vervolgens ook oproept met zijn daden en zijn woorden.

Actuele waarschuwing

We begrijpen dan het slot van het antwoord van Jezus. Hij zegt: “Gelukkig is hij die aan Mij geen aanstoot neemt!” (vers 6). Aanstoot betekent ‘obstakel’. Jezus waarschuwt dus voor een bepaald gevaar: als het obstakel om te geloven vooral zijn daden van barmhartigheid zijn, betekent dit dat je een verkeerd beeld hebt van de Messias. Gelukkig echter degenen die ten overstaan van de daden en de woorden van Jezus eer brengen aan de Vader die in de hemel is.

De waarschuwing van Jezus is nog altijd actueel: ook vandaag de dag creëert de mens beelden van God die het hem mogelijk maken zijn werkelijke aanwezigheid te voelen. Sommigen maken er een ‘doe-het-zelf’ geloof van dat God reduceert tot de beperkte ruimte van de eigen verlangens en de eigen overtuigingen. Maar dat geloof is geen bekering tot de Heer die zich laat zien. Integendeel, het verhindert Hem om ons leven en ons geweten wakker te maken.

Mysterie van zijn liefde

Anderen reduceren God tot een vals idool. Ze gebruiken zijn heilige naam om hun eigen belangen te rechtvaardigen, of zelfs de haat en het geweld. Voor weer anderen is God slechts een psychologische schuilplaats waar ze gerustgesteld worden tijdens hun moeilijke momenten. Het gaat om een enkel op zichzelf gericht geloof dat ondoordringbaar is voor de kracht van de barmhartige liefde die hem richting zijn broeders duwt.

Weer anderen beschouwen Christus enkel als een goede leermeester van de ethiek, een van de velen in de geschiedenis. Tot slot, zijn er degenen die het geloof verstikken in een puur intieme relatie met Jezus, en zijn missionaire stimulans die in staat is de wereld en de geschiedenis te veranderen, achterwege laten. Wij christenen geloven in de God van Jezus Christus, en ons verlangen is om te groeien in de levende ervaring van zijn mysterie van liefde.

Instrument van barmhartigheid

Laten we dus ons best doen om geen enkel obstakel in de weg te laten staan van het barmhartig zijn van de Vader, maar vragen wij om de gave van een groot geloof zodat ook wij tekenen en instrumenten van barmhartigheid kunnen worden. (Vert. SvdB)