Voor de 55e keer wordt op 1 januari een Wereldgebedsdag voor de vrede gehouden. De Vlaamse vredesactivist Jo Hanssens publiceerde kort geleden een geloofsboek dat ter inspiratie kan dienen.
Priester Jo Hanssens is niet meer zo vaak bij Pax Christi Vlaanderen in Antwerpen. De 80-jarige Vlaamse vredesactivist verblijft sinds het begin van de coronacrisis in het familiale huis in het West-Vlaamse Gullegem. Dit bood hem de gelegenheid het geloofsboek Vreugde van mijn hart te schrijven.
Dit boekje “straalt de vrede van Christus uit, in het Latijn: Pax Christi”, stipt Mark Van de Voorde in zijn voorwoord aan. Merkwaardig, Hanssens heeft het nauwelijks over Pax Christi Vlaanderen, de vredesbeweging die hij mee oprichtte. Hij heeft het niet over zichzelf of zijn actie, maar over de Vredevorst: Jezus.
“De grote vrede begint in het klein, bij onszelf”
Hanssens schrijft neer wat hem gedurende meer dan vier decennia engagement bezield heeft en vandaag nog bezielt. Hij getuigt van zijn geloof, stevig geworteld in de bijbel. Hij gunt ons een blik op hoe de Geest hem inspireert. Hij heeft het over het visioen van geweldloze weerbaarheid dat hoop biedt voor de hele wereld.
Hanssens weet dat “de kleine goedheid als geen ander de kwade machten weerstaat die zoveel onheil voor de wereld tot stand brengen.”
Ja, de grote vrede begint in het klein, bij onszelf, ondanks kwaad of pijn. Dat inzicht put hij onder meer uit het Marcus-evangelie, waarin “het goede nieuws ons wordt verteld in de vorm van een bijzonder pijnlijk drama.”
In het spoor van Egberts Rooze’s Marcus als Tegenevangelie (2012) en het driedelige Jésus non-violent: nouvelle lecture de l’évangile de Marc (2010-14) van Benoît en Ariane Thiran-Guibert, stelt Hanssens dat Jezus bij Marcus, ondanks groeiende tegenstand, telkens “een beroep blijft doen op het geweten van wie Hem belagen. De keuze van Jezus is duidelijk: Hij zal geweldloos dienstbaar blijven ten einde toe.”
“Een christen die niet bidt, leeft zonder antenne en zonder connectie”
Het Lucas-evangelie – dat wij tijdens dit nieuwe liturgische jaar lezen – hanteert dan weer vier opeenvolgende werkwoorden om Jezus’ liefdesgebod te omschrijven.
Tot jullie die naar mij luisteren zeg Ik: heb je vijanden lief, wees goed voor wie jullie haten, zegen wie jullie vervloeken, bid voor wie jullie slecht behandelen. (Lucas 6, 27-28)
Dit is een tegendraadse boodschap, maar Hanssens wijst erop dat elke christen tijdens de paasviering belooft “zich te verzetten tegen onrecht en kwaad en de naaste van harte lief te hebben. De naaste is niet alleen degene die mij welgezind is, maar evenzeer de vijand die mijn pad kruist.”
Marcus noteert in het allereerste hoofdstuk van zijn evangelie al duidelijk wie Jezus bij zijn geweldloze weerbaarheid inspireerde.
Vroeg in de ochtend, toen het nog helemaal donker was, stond Hij op, ging naar buiten en liep naar een eenzame plaats om daar te bidden. (Marcus 1,35)
“Een christen die niet bidt, leeft zonder antenne en zonder connectie”, schrijft Hanssens.
Maar bidden doe je ook samen. Daarom organiseert de Gemeenschap van Sant’Egidio morgen, op de Wereldgebedsdag voor de vrede, onder meer in Antwerpen en Luik haar jaarlijkse vredeswandeling.
In Apeldoorn gaat de wandeling dit jaar niet door, wegens de coronabeperkingen. Bladeren in een geloofsboekje als dat van Jo Hanssens is een waardig alternatief.
Jo Hanssens, Vreugde van mijn hart. Hoop voor de wereld
Uitgeverij: Halewijn
Pagina’s: 87 bladzijden | € 16,95
Meer info/bestellen: website uitgeverij