Wanneer ik als blanke, pardon, witte man (die zijn achternaam niet meeheeft) iets positiefs schrijf over een boek waarin een witte vrouw het idee van ‘witte schuld’ hekelt, is dat natuurlijk bij voorbaat verdacht. Ik maak dan slechts van mijn ‘witte privilege’ gebruik om de witte hegemonie te bevestigen.
Precies om dit soort onzinnige redenaties te fileren, schreef Elma Drayer dit boek. En omdat zij een van de weinige Nederlandse columnisten is die dat met humor en gezond verstand aandurft – als witte raaf (excusez le mot) in de Volkskrant tegenwoordig – wil ik er toch graag iets positiefs over schrijven.
In Witte schuld beschrijft Drayer nauwgezet de opkomst van het identiteitspolitieke denken in Nederland; het type activisme dat zich organiseert rond één (naar eigen zeggen allesoverheersend) deel van de eigen identiteit, meestal huidskleur, geslacht of seksualiteit. Drayer beperkt zich hier vooral tot het felle antiracismedebat, over Zwarte Piet, ons slavernijverleden, enzovoort.
In het idee dat wij als Nederlanders anno 2019 allemaal schuld hebben aan wat de VOC in de zeventiende eeuw uitspookte, ontwaart Drayer een echo van de erfzondeleer in zijn meest zwartgallige calvinistische vorm: met schuld belast geboren, ganselijk onbekwaam, geneigd tot alle kwaad. “Enige verschil: in het calvinistische universum gaat niemand vrijuit, in het identiteitspolitieke universum dragen uitsluitend witte mensenkinderen schuld.”
In zulke scherpe observaties grossiert Elma Drayer, maar de kracht van haar betoog is dat ze in feite uitermate genuanceerd is. Zo heeft ze alle begrip voor de wens om Zwarte Piet van kleur te doen veranderen, en heeft ze oog voor het onrecht van discriminatie.
Ze geeft de argumenten van de antiracistische beweging uitgebreid en eerlijk weer, en gaat er soms in mee. En ja, ze geeft vaak ook (stevig) tegengas, vooral waar dit type activisme volledig ontspoort, alle redelijkheid verliest en andersdenkenden de mond snoert.
Waar alle varianten van identiteitspolitiek, zowel van links als van rechts, uiteindelijk mank gaan, is dat zij hun eigen gekwetstheid tot enige leidraad verheffen. Een voor iedereen geldende waarheid bestaat in dit denken niet, slechts het eigen narratief telt.
Maar, zo schrijft Drayer zeer terecht: “Bestaat de waarheid niet, dan heeft de klimaatveranderingsontkenner evenveel gelijk als de bakfietsmoeder die haar kinderen niet inent, en evenveel als een emeritus hoogleraar die beweert dat institutioneel racisme een diepgeworteld verschijnsel is.”
Een zeldzaam redelijk geluid in een debat dat aan beide zijden zo vaak ontspoort.
Elma Drayer, Witte schuld. Over identiteitspolitiek. Uitg. Atlas Contact, 190 pp., € 19,99, ISBN: 978 90 450 3177 4