Paus Franciscus evalueerde zijn pontificaat in een recent interview. Hij vertelt daarin over de rol van de preconclaafbijeenkomsten en over zijn persoonlijke ontwikkeling. “Als jezuïet was ik heel streng. Tijdens het pausschap ben ik barmhartiger geworden.”
Veel dingen die de paus de afgelopen negen jaar heeft bereikt, zijn de vrucht van ideeën die het College van Kardinalen besprak voordat hij verkozen werd, vertelt paus Franciscus in een interview dat het Argentijnse persbureau Telam 1 juli publiceerde.
Tijdens de preconclaafbijeenkomsten noteerde hij alle dingen waarvan de kardinalen dachten “dat de nieuwe paus er iets mee zou moeten doen”. Ook bespraken ze zaken die veranderd moesten worden en problemen die moesten worden aangepakt.
Al deze punten “heb ik in gang gezet”, zegt de paus, eraan toevoegend dat er niets bij was dat “origineel” van hem was.
Een van de belangrijke vruchten die uit de preconclaafbijeenkomsten voortkomt, is de apostolische grondwet Praedicate Evangelium, die de Romeinse Curie hervormt. Dit hervormingsdocument is volgens de paus het hoogtepunt van “acht-en-een-half jaar werk en onderzoek.”
Het was de wens van de kardinalen om “een missionaire ervaring” in het hart van de Kerk in gang te zetten. Met de nieuwe grondwet hoopt de paus dit te bereiken: de curie is zodanig hervormd dat die beter overeenkomt “met het pad van evangelisatie dat de Kerk, vooral in deze tijd, bewandelt.”
Wanneer de paus gevraagd wordt om op zijn persoonlijke ontwikkeling te reflecteren, zegt hij dat mensen hem vertellen dat sommige dingen die sluimerend aanwezig waren, nu meer naar de oppervlakte zijn gekomen: “Ik ben barmhartiger geworden.”
“In mijn leven had ik rigide periodes, waarin ik te veel eiste”, legt hij uit. Paus Franciscus realiseerde zich dat hij een voorbeeld moest nemen aan het vaderschap dat God met Zijn kinderen heeft.
Terugkijkend op zijn verleden zegt de paus dat hij zichzelf zou bekritiseren omdat hij niet altijd als een vader handelde. “Als bisschop was ik wat welwillender”, zegt hij, “maar toen ik jezuïet was, was ik heel streng.”
Ook ziet de paus dat dingen soms verkeerd begrepen worden of uit hun verband worden gerukt.
Als voorbeeld haalt hij het interview aan met een jezuïetentijdschriften over de oorlog in Oekraïne. Tijdens het gesprek gaf hij aan dat hij niet in tegenstellingen van good guys en bad guys wilde praten. Sommige media concludeerden meteen dat de paus president Poetin niet veroordeelde.
“De realiteit is dat oorlog iets universeels en serieus is. Hier zijn geen good guys en bad guys. We zijn er allemaal bij betrokken en dat is wat we moeten leren”, aldus de paus.
De interviewer merkt ten slotte op dat de paus er gezond uitziet en vraagt of de wereld nog een tijdje paus Franciscus zal hebben.
“Het is aan Degene hierboven” om te beslissen, antwoordt de paus.