De Venezolaanse bisschoppenconferentie heeft president Nicolás Maduro opgeroepen om humanitaire hulp het land binnen te laten. Afgelopen weekend blokkeerde de Venezolaanse Nationale Garde hulpkonvooien aan de grensovergang met Brazilië en Colombia. Vier personen kwamen daarbij om het leven.
Tijdens de botsingen tussen tegenstanders van Maduro en het Venezolaanse leger raakten ook honderden mensen gewond. De omstreden president besloot de grenzen met verschillende buurlanden te sluiten om de ingang van de hulpkonvooien tegen te houden. Hij claimt dat er geen sprake is van humanitaire crisis. Ook verdenkt Maduro de VS ervan wapens tussen de hulpgoederen te verstoppen voor de oppositie. De humanitaire hulp werd door een aantal buurlanden gecoördineerd met oppositieleider Juan Guaidó, die zich op 23 januari uitriep tot interim-president.
De Venezolaanse bisschoppen hebben het optreden van Maduro scherp veroordeeld. In een verklaring roepen zij de president op om de hulpgoederen het land binnen te laten. “De regering heeft de plicht om aan de behoeften te voldoen van het volk en de import van humanitaire hulp te faciliteren”, aldus de bisschoppen. Het aanvragen en ontvangen van hulp is volgens hen “op geen enkele wijze een bedreiging voor het land”, maar “een morele plicht”.
“De regering heeft de plicht om de import van humanitaire hulp te faciliteren”
- Venezolaanse bisschoppenconferentie
Ook doen de bisschoppen een oproep aan de Venezolaanse soldaten om de kant van het volk te kiezen. “Jullie moeten op basis van het geweten geen bevelen uitvoeren die het leven en de veiligheid van burgers bedreigen”, schrijven de bisschoppen.
Venezuela kampt onder Maduro’s bewind met ernstige voedsel- en medicijntekorten. In 2017 zei het hoofd van de Venezolaanse Caritas in Katholiek Nieuwsblad dat de armoede hand over hand toenam in het land. “Mensen eten uit vuilnisbakken en ziektes als schurft steken weer de kop op”, aldus Janeth Marquez. Volgens haar leed toen “13% van de kinderen aan ondervoeding.” De Venezolaanse Caritas probeert de laatste jaren met duizenden gaarkeukens in heel het land in de noden van de bevolking te voorzien.