Praktisch in het geloof staan zonder het ideaal van de kerkelijke leer uit het zicht te verliezen. Dat is het credo van bisschop Ron van den Hout (59). De Brabander heeft bijna zeven jaar na zijn bisschopswijding zijn toekomstvisie voor het bisdom Groningen-Leeuwarden gepubliceerd.
Wanneer je het gebouw van het bisdom Groningen-Leeuwarden binnenstapt via de achterliggende parkeerplaats, valt direct het lage plafond op. De kelderachtige benedenverdieping heeft iets weg van een ondergrondse schuilkerk, waar katholieken bijeenkwamen toen ze nog een minderheid vormden in de maatschappij.
Dat beeld is werkelijkheid aan het worden, ziet ook bisschop Ron van den Hout, die in de eerste regels van zijn onlangs gepubliceerde visietekst over de toekomst van zijn bisdom spreekt over “ongekende secularisatie”.
Toen Van den Hout op 3 juni 2017 de bisschopswijding ontving, trof hij een voor hem onbekend bisdom aan. Ver weg van Brabant, zoals hij het zelf zegt. “Ik kende slechts een handvol priesters”, blikt hij terug. “Maar ik ben wel welkom ontvangen.”
Van den Hout was nog maar een paar minuten bisschop, of hij gooide meteen de knuppel in het Noord-Nederlandse hoenderhok. Gelovigen in zijn nieuwe bisdom moesten niet angstvallig vasthouden aan wat er nog is in de Kerk: “Als er ergens iets weggaat kom er een ander initiatief voor terug. De Geest waait immers waar hij wil”, was zijn boodschap tijdens zijn installatie.
Die gedachte is terug te vinden in de nieuwe visietekst, die een beeld schetst van hoe het bisdom Groningen-Leeuwarden er in de komende zes jaar zal uitzien. Waarom koos de kersverse bisschop juist voor die woorden, aan het begin van zijn Groningse avontuur?
“Ik ben bijna 25 jaar priester geweest in het bisdom Den Bosch. Je merkt dat men in parochies erg gedreven wordt door de gedachte: ‘behouden wat we hebben’. We moeten veel meer de vraag stellen: is datgene wat we doen, nog wel het beste voor dit moment? Durf dingen los te laten.”
Wat bedoelt u?
“Als er voldoende doopgenade in de mensen werkt, komen er nieuwe dingen die aangepast zijn aan de nieuwe situatie. Bijvoorbeeld ruimte voor nieuwe initiatieven of de instroom van jongere mensen. Als oudere parochianen denken: er is niemand na mij, dus ik blijf maar doorgaan met mijn werk, kan men de instroom van jongere mensen blokkeren. Die zouden misschien dingen anders aanpakken in een parochie. Beter, meer aangepast aan deze tijd.”
U bent nu bijna zeven jaar bisschop. Hoe is het bisdom onder uw leiding veranderd?
“Ik zit er nog te kort om hier iets over te zeggen. Wat ik wel hoor: de onderlinge sfeer tussen de pastoors, priesters, pastoraal werkers en diakens is verbeterd. Op beleidsmatig gebied was ik erg blij dat mijn voorganger [mgr. Gerard de Korte, red.] heeft ingezet op het fuseren van parochies. Ik kan op dit spoor doorgaan en doorwerken naar een gebouwenbeleid en de visietekst over de toekomst die er nu ligt.”
Waarom heeft u besloten de visietekst te publiceren?
“De vragen over de toekomst kwamen uit het veld. Waar willen we naartoe als bisdom? Ik ben aangezet tot het schrijven van de visie om wat zaken te verhelderen. Mensen mogen weten wat een bisschop vindt en denkt en hoe dit in beleid wordt omgezet.”
Wat kunnen parochies er concreet mee?
“Het is geen beleidsplan waarin alle onderdelen van het kerkelijk leven zijn beschreven. Dat heb ik bewust niet gewild. Het gaat over hoe parochies er over een aantal jaar uit zullen zien. Pastorale teams of parochiebesturen die beslissingen moeten nemen over de toekomst, kunnen nadenken hoe hun ideeën aansluiten bij wat de bisschop voor ogen heeft.
“Sommige besturen hebben de neiging om een bisdom in een bisdom te zijn”Tweet dit!
“Ik denk dat de steden belangrijk zijn voor de komende jaren. Je ziet daar toch het meest vruchtbare kerkelijk leven, door instroom van studenten, migranten en expats. Anonimiteit is laagdrempelig. Daarnaast is een aantal geloofsgemeenschappen erg kwetsbaar. Moeten we niet proberen om daar tot een afronding te komen? Ik wil een ontwikkeling benoemen die gaande is. Zodat we van de reflex af komen van parochies die vitaliteit proberen te pompen in plekken waar die er gewoon niet is.”
Wat springt er voor u bovenuit?
“Dat wij als mensen in beweging komen, in allerlei opzichten. We zijn geneigd – ook ik – om te behouden wat we hebben en te blijven zitten. Geestelijk in beweging komen, onszelf meer op Christus richten, een geestelijke ommekeer: dat is een voorwaarde om je te bewegen in de richting van de zondag.
“Zoek de eucharistieviering op, de catechese, de ontmoeting met elkaar. Denk niet: ze komen maar naar mij toe. Soms is men erg defensief: onze kerk moet blijven. Als we allemaal zo blijven, komen we geen stap verder. Ik begrijp dit wel en wil hier waar mogelijk in tegemoetkomen. De toekomstvisie is een open document. Er zitten geen strakke kaders in. Ik ben niet van het omkaderen van allerlei dingen.”
Zoals het uitfaseren van Woord- en communievieringen, waar uw collega kardinaal Eijk op in heeft gezet?
“Dat sluit ik niet uit. Maar de zondagse Eucharistie is de toekomst. Mensen die bewust in het geloof willen staan, zoeken de zondag op. Ze pakken de auto. Mensen zullen toch in beweging moeten komen.”
Beter geen kerk dan een onherkenbare kerk, schreef u in een opiniebijdrage in 2019. Is dit waar u op doelt?
“Dat klinkt scherper dan ik bedoel. Herkenbaarheid heeft ook te maken met herkenbare gebouwen. Een kerk moet een herkenbare katholieke gemeenschap hebben. Ik heb liever dat een kerk wordt afgebroken, dan dat die haar oorspronkelijke functie verliest. Dit is niet altijd mogelijk, het zijn vaak monumentale gebouwen. Mijn ideaal is: een katholieke gemeenschap binnen een herkenbare katholieke kerk.”
In dezelfde opiniebijdrage was u kritisch ten aanzien van dorpsbewoners die allemaal iets over hun kerk willen zeggen. Speelt dit al in uw bisdom?
“Ik ben bang dat dit nog gaat komen. We zullen keuzes moeten maken, wat ook betekent dat er kerken worden afgestoten. We nodigen parochiebesturen nadrukkelijk uit om met de parochianen te overleggen. Je moet mensen mee laten denken, goed naar alle bezwaren luisteren, en deze ook mee laten wegen. Probeer zoveel mogelijk voorwerk te doen. Ik zit niet te wachten op juridische procedures via Rome die veel energie kosten en frustratie opleveren.”
“De Kerk moet vanuit haar eigen visie contact en dialoog zoeken. Je bent geen eiland en mag ook geen eiland worden”Tweet dit!
Ik ben niet iemand van de scherpe kanten, zei u over uzelf tijdens uw presentatie als bisschop.
“Dat zit niet in mijn aard. Ik hak wel knopen door, maar wel in collegialiteit en samenspraak met de bisdomsstaf. Ik ben niet van eenzijdige beslissingen nemen. Ik moet me wel gedragen weten door de econoom en de vicarissen.”
Priesters dreigen overvraagd te worden, schrijft u in de toekomstvisie. Dat is niet anders dan in andere bisdommen, waar sommige priesters zelfs een burn-out krijgen. Hoe wilt u dit voorkomen in uw bisdom?
“Op dit moment hebben wij geen priesters met burn-out. Maar ik maak me wel zorgen over priesters die geen priester kunnen zijn. Dat ze niet gevraagd worden voor waar ze eigenlijk voor zijn gewijd: het geloof uitdragen, de sacramenten bedienen, het Woord verkondigen. Pastores worden soms niet gekend in wat ze eigenlijk zijn. Dat kan een diepe crisis veroorzaken.
“Parochianen verwachten vaak dat de nieuwe pastoor doet wat zijn voorganger altijd deed. Soms legt hij het accent op wezenlijkere dingen, en dit kan tot frictie leiden. Het is voor een priester de kunst om mensen daarin mee te nemen. Het vraagt veel balanceerkunsten. Je wil toch geen mensen verliezen, ook al hebben ze andere theologische ideeën.”
Sommige priesters zeggen: ik ben niet opgeleid om manager of bemiddelaar te zijn.
“Het is belangrijk dat ze dicht bij het bestuur blijven, zodat het bestuur in de praktijk de moeilijkere beslissingen neemt. Je hoeft daarvoor niet het gezicht te zijn. Bestuursleden zijn door de bisschop benoemd om namens de bisschop de parochie te besturen. Dat is lang niet voor iedereen helder. Sommige besturen hebben de neiging om een bisdom in een bisdom te zijn.”
Maar in de toekomst zullen steeds meer kerken moeten sluiten. Pastoors zullen bijvoorbeeld parochieavonden moeten beleggen. Dergelijke processen hebben in andere bisdommen tot veel spanningen geleid.
“Op het bestuurlijke vlak zijn de vicarissen de vooruitgeschoven posten. Op zo’n parochieavond is vaak wel iemand van het bisdom aanwezig. Ik ben benieuwd of ik gevraagd zal worden en of dat nodig is. Maar als het nodig is, kom ik zelf naar parochies toe.”
De toekomstvisie schetst een realistisch beeld van een “ongekende secularisatie” in een wereld die “op zoek is naar een stip op de horizon, die verbindt en inspireert”. Hoe kan de Kerk hierop inspelen?
“Het idee dat God niet bestaat is doorgedrongen tot in die diepste lagen van de maatschappij. Ik hou van het idee van de Kerk als creatieve minderheid. Alle grote ontwikkelingen komen vanuit een minderheid, die haar ideeën voor het voetlicht weet te brengen en wortel laat schieten in bredere kring. We zullen vanuit een minderheidssituatie moeten opereren en ons richten op de meer fundamentele zaken.”
De leer van de Kerk over seksualiteit, maar ook over ethisch-medische zaken wordt voortdurend ter discussie gesteld, zowel in de maatschappij als binnen de Kerk zelf. Hoe kan de Kerk hiermee omgaan?
“De Kerk moet zichzelf blijven en vanuit haar eigen visie contact en dialoog zoeken. Je bent geen eiland en mag ook geen eiland worden. Het gesprek kan je alleen aangaan als je een eigen identiteit hebt. Dan ben je ook interessant voor een ander.
“Wij baseren ons op het Evangelie. Je kan nadenken hoe je dat kunt interpreteren. Jezus heeft niet op alle concrete kwesties van deze tijd concreet antwoord gegeven. Dat heeft de Kerk in de loop van de geschiedenis gedaan. We staan in die traditie en continuïteit. Daar ligt best een spanningsveld. Mensen zeggen soms: de Kerk verandert nooit. Maar de grootste veranderingen gaan onbewust en niet via grootse besluiten. Dat zijn ook de meest natuurlijke beslissingen die passen in die kerkelijke traditie. Sinds de jaren zestig is er ontzettend veel veranderd in de Kerk.”
Toch staat de Nederlandse Kerk voor grote uitdagingen. Hoe houdt u als bisschop de hoop levend?
“Trouw blijven aan mijn roeping. Blijven bidden. Ik heb een praktische instelling: als het niet kan zoals het moet, moet het zoals het kan. Dat klinkt misschien gemakkelijk, maar dat is niet wat ik bedoel. Ik kan het ideaal nu misschien niet bereiken, maar ik kan wel stappen zetten ernaartoe. En na mij komen er anderen die daarop voort kunnen bouwen. Houd het ideaal voor ogen, maar wees praktisch op de weg daarnaartoe.”
> De visietekst van het bisdom Groningen-Leeuwarden is hier te downloaden (PDF)
In een wereld waarin alles voortdurend verandert en onder druk staat, is katholieke kwaliteitsjournalistiek een uniek en kostbaar goed. Op KN.nl heeft u altijd toegang tot het laatste nieuws uit kerk en samenleving, en vindt u uitgebreide reportages en verhelderende analyses van onze gespecialiseerde redacteuren.
Voor maar € 1,40 per week leest u altijd als eerste al het moois dat KN.nl te bieden heeft, heeft u online onbeperkt toegang tot al onze artikelen én steunt u het voortbestaan van de laatste katholieke krant van Nederland.
Dus geef om katholieke kwaliteitsjournalistiek en word lid van KN Online.