Paus Franciscus heeft kritische kanttekeningen gezet bij de zogeheten ‘nieuwe mensenrechten’ die soms haaks staan op de in 1948 geproclameerde Mensenrechten.

‘Ideologische kolonisering’

De paus benadrukte het onvervreemdbare recht op leven en het gevaar van een reductionistische visie op de mens als voedingsbodem voor onrecht, corruptie en ongelijkheid. De vrije interpretatie van de mensenrechten die sinds 1968 in zwang is geraakt draagt het “paradoxale gevaar” in zich “in naam van de mensenrechten moderne vormen van ideologische kolonisering door de sterken en rijken ten koste van de armen en kwetsbaren”.

‘Weggegooide’ kinderen

Vooral het recht op leven wordt geschonden, aldus de paus. Niet alleen door oorlogen, maar ook in “subtielere vormen”. “Ik denk vooral aan de onschuldige kinderen die nog voor hun geboorte worden ‘weggegooid’. Men wil ze niet omdat ze ziek of misvormd zijn of vanwege het egoïsme van de volwassenen.” Dat geldt ook voor ernstig zieken en kwetsbare ouderen.

Bedoeling overschreden

Ook noemde de paus het recht op gezondheid dat echter nu zodanig wordt geïnterpreteerd dat die de oorspronkelijke bedoelde toegang tot medische zorg ver overschrijdt. Hij doelde daarmee onder meer op wat bedoeld wordt onder de noemer ‘reproductieve gezondheid en rechten’, waaronder anticonceptie en abortus.

‘Bang voor de toekomst’

Hij brak een lans voor de actieve steun voor het traditionele gezin “waar onder meer de toekomst en vooruitgang van staten afhangt”. “Zonder het gezin geen samenleving die opgewassen is tegen de uitdagingen van de toekomst. Verwaarlozing van het gezin heeft een dramatische consequentie van dalende geboortecijfers. Wij leven in een waarachtige demografische winter!”, aldus paus Franciscus. Hij noemde het kenmerkend voor een samenleving “die de toekomst vreest”.

In de lange toespraak ging de paus ook in op de situatie rond Noord-Korea, de vluchtelingenproblematiek en het milieu. (KN)