Kerken blijken minder onmisbaar in kleine gemeenschappen dan zij zelf geneigd zijn te denken. Dat blijkt uit een langlopend onderzoek dat Katholiek Nieuwsblad deed naar de gevolgen van kerksluiting in dorpsgemeenschappen.
Uit het onderzoek komt onder meer naar voren dat het tempo waarmee kerken zullen verdwijnen van het platteland, de komende jaren alleen maar zal toenemen. De regionale verschillen zijn overigens groot; juist in het van oudsher katholieke Noord-Brabant en Limburg gaat de terugloop het hardst.
Het levert vaak pijnlijke sluitings- of fusieprocessen op. De betrokken dorpsgemeenschappen blijken echter ook verrassend snel te herstellen van deze pijn. De verschillende sociale functies die de parochies hadden, worden vaak moeiteloos overgenomen door lokale maatschappelijke organisaties.
De bereidheid van mensen om naar een kerk een dorp verderop te gaan, blijkt laag. Kerksluiting is niet alleen een gevolg van kerkverlating, maar veroorzaakt ook nieuwe kerkverlating.
In zijn commentaar in een themanummer over het onderzoek, dat vrijdag verschijnt, spreekt KN-hoofdredacteur Anton de Wit van “een vrij ongemakkelijke conclusie” voor kerkelijk betrokken mensen: “Het dorp anno 2020 kan het prima zonder kerk stellen.”
Theoloog Erik Borgman stelt in een essay in datzelfde nummer dat iedereen snapt dat er in de Nederlandse bisdommen gesaneerd moet worden. Zonder visie op waar het naartoe moet, zal dat volgens hem echter niet leiden tot een gezonde Kerk in Nederland.
Voor het onderzoek, waarvoor KN een jaar uittrok, is gesproken met vele tientallen wetenschappers, kerkelijke beleidsmakers en ervaringsdeskundigen.