“Er is duidelijk iets nieuws op komst, er staat iets te gebeuren dat een positieve dynamiek op gang brengt.” Met deze woorden starten de Belgische bisschoppen hun eindrapportage na een periode van luisteren en onderscheiden in alle bisdommen van het land.
Wie de verslagen van de ‘luisterfase’ in de vier Vlaamse bisdommen en het aartsbisdom Mechelen-Brussel leest, ontdekt enkele meer of minder uitgesproken rode draden: onbegrip over ‘hete hangijzers’, onmacht in de omgang met de moderniteit en de aangetaste geloofwaardigheid van de Kerk.
Meer dan tweeduizend katholieke Nederlandse vrouwen namen deel aan de ‘luisterfase’ van de synode over synodaliteit. Dat is mooi, maar uit de resultaten volgt niet per se de conclusie die het Netwerk Katholieke Vrouwen trok.
Daags voor Pinksteren publiceerden de Nederlandse bisdommen hun bevindingen van de ‘luisterfase’ van de wereldwijde bisschoppensynode. Zo veel gelovigen, zo veel meningen natuurlijk. Toch zijn de acht rapporten onder de streep verrassend eensluidend.
In het synodale proces is sprake van een 'opinieparadox': hoe meer wij de gelegenheid krijgen om onze mening te uiten, hoe minder wij ons gehoord voelen.
Het Netwerk Katholieke Vrouwen (NKV) overhandigde woensdag de uitkomst van een enquête onder 2238 vrouwen aan bisschop Gerard de Korte en professor Myriam Wijlens. Het is een bijdrage aan de ‘luisterfase’ van de synode over synodaliteit. Belangrijkste boodschap: vrouwen willen gezien en gehoord worden in de Kerk.
In de Nederlandse bisdommen klinkt veel voorzichtig enthousiasme over de ‘luisterfase’ van de ‘synode over synodaliteit’. Tegelijk klinkt hier en daar wat scepsis over de mate waarin de synode in de parochies leeft.
In de Vlaamse bisdommen is men te spreken over de ‘luisterfase’ van de synode over synodaliteit, al heeft de coronapandemie met bijbehorende lockdowns het er niet eenvoudiger op gemaakt.