Het Vaticaanse Observatorium heeft recent een object ontdekt dat wetenschappers zou kunnen helpen meer te begrijpen over de oorsprong van het zonnestelsel.
Het object draait rond de zon op een afstand tussen 5,3 miljard en 7,7 miljard kilometer. Het heeft 287 aardse jaren nodig om één baan om de zon te maken.
Begin december werd het object voor het eerst gedetecteerd. Vorige week werd de ontdekking bekendgemaakt, waarbij uitgelegd werd dat het object wordt geclassificeerd als een ‘Trans-Neptuniaans Object’ (TNO) omdat het op een grotere afstand om de zon draait dan Neptunus, de verste planeet van de zon.
Chris Graney van het Vaticaanse Observatorium vertelde persbureau CNA dat TNO’s vermoedelijk overblijfselen bevatten van de originele materialen waaruit de planeten van het zonnestelsel zijn gevormd. Daarom kunnen TNO’s aanwijzingen opleveren voor wetenschappers over het vroege zonnestelsel en zijn vorming.
“Dit TNO is slechts een stukje van de puzzel, maar wij van het Vaticaanse Observatorium zijn blij om dit stukje toe te voegen”, zei Graney.
Het Vaticaanse observatiecentrum in de Amerikaanse staat Arizona ontdekte het object dat de naam XD7 kreeg. De jezuïet Richard Boyle nam het als eerste de waar. De Litouwse astronoom en astrofysicus Kazimieras Černis deed de analyse.
Pluto – voorheen geclassificeerd als een planeet – is de grootste en bekendste van de 70.000 bekende TNO’s. De exacte grootte en samenstelling van het onlangs ontdekte object is nog niet bekend en zal nader onderzocht worden.
Door naar patronen in de bewegingen van TNO’s te zoeken, kunnen wetenschappers mogelijk bewijs vinden voor een theoretische negende, grote planeet in het buitenste zonnestelsel.
Graney vertelt dat het vooral nuttig is om een groep TNO’s te bestuderen. De studie is als “het kijken naar de bewegingen van kleine vissen aan de oppervlakte van een vijver die je vertellen dat er een grote vis die je niet ziet op jacht is daar beneden”, zei hij.
Het Vaticaanse observatorium is één van de oudste actieve astronomische observatoria ter wereld. Het hoofdkwartier bevindt zich bij de zomerresidentie van de paus in Castel Gandolfo, een stadje net buiten Rome. Het tweede Vaticaanse observatorium ligt in de Amerikaans staat Arizona.
Sinds eind jaren tachtig van de vorige eeuw werkt het Vaticaans Observatorium daar samen met de Universiteit van Arizona. In 1993 werd hier voor het eerst de Vatican Advanced Technology Telescope (VATT) in gebruik genomen. Dit is een telescoop met een doorsnede van 1,8 meter die vooral gebruikt wordt voor ruimtefotografie. Hiermee is de TNO – XD7 – ontdekt.
Al in 1582 liet paus Gregorius XIII in de Vaticaanse tuinen een Observatorium inrichten. Wiskundigen en natuurkundigen, allemaal jezuïeten, konden hier gebruik van maken. Eind negentiende eeuw werd er achter de Sint-Pietersbasiliek een nieuw observatorium gebouwd. Dat werd in 1930 overgebracht naar Castel Gandolfo. De onderzoekers hadden namelijk last van de stadsverlichting in Rome.
Ook nabij de zomerresidentie bleef het niet donker. Daarom opende het Observatorium het onderzoekscentrum in de stad Tucson in Arizona.
Bronnen: CNA en Wikipedia