Katholiek. Ben ik nog wel katholiek? Of is dat steeds meer een leeg woord geworden om mezelf te omschrijven, te positioneren, zonder dat het nog een innerlijke weerslag heeft? Het is alweer een jaar of tien geleden dat ik gedoopt ben. Iedere week ging ik naar de kerk.
Ik studeerde nog en volgde colleges over het Oude Testament, ik las de boeken van paus Benedictus XVI, ik had katholieke vrienden. Katholiek – in al het enthousiasme van de bekeerling die het liefst op de berg Athos woont en daar veertien uur per dag gaat zitten bidden zonder te knipperen met zijn ogen.
Ik studeerde af, raakte vrienden uit het oog, ging steeds minder vaak naar de kerk, omdat ik op zondag moest werken. De Bijbel kwam steeds verder van mijn bed te liggen, totdat ’ie in de boekenkast kwam te staan. Ineens bevond het katholieke leven zich op de achtergrond.
Al die tijd bleef ik wel zeggen katholiek te zijn. Als een leugen voelde het nooit. Voelt het nog steeds niet. Ik ben katholiek.
Door alles heen, in alle onachtzaamheid naar de praxis toe, is er in mij een gerichtheid op Maria, geloof ik – hoe sterk of zwak ook – dat God ons meer liefheeft dan wij onszelf lief kunnen hebben, ons nooit laat vallen en een opdracht meegeeft om óók die liefde na te leven, ook al zijn we gedoemd daarin te falen.
En meen ik dit of is dit een sterk staaltje van, naar Frans Kellendonk, oprecht veinzen?
Romans – als ik ze al lees, want daarin lijk ik ook wat blasé te zijn geworden – hebben nog steeds alleen een waarde mits er een religieuze sensibiliteit in zit. Zoveel romans zijn er niet; daarom herlees ik keer op keer Het einde van de affaire van Graham Greene – er zijn ergere dingen in de wereld dan je tot dat boek, dat meesterwerk, veroordeeld te voelen.
“Misschien is dat soms katholiek genoeg: steeds weer durven hopen Hem toch te vinden. ”Tweet dit!
Misschien moet ik ook niet te hard zijn voor mezelf: ik heb altijd al een twijfelende enerzijds-anderzijdshouding gehad, en het is dan misschien niet veel, dat katholicisme van mij op dit moment, maar nog steeds meer dan dat van de meesten.
Normaal zou ik dit vlammetje weer zuurstof geven met Kerstmis. Dan kon ik er weer even tegenaan. Zoals een hobbykatholiek volgens de een, als een “echte katholiek” volgens mijn peettante. Naar de nachtmis gaan en mijn geweten stillen.
Gek is dit misschien ook niet, als individu in een moderne wereld waarin het geloof steeds weer vanuit mijzelf moet komen en steeds opnieuw veroverd moet worden op, ja, op wat? Op de wetenschap? Op een seculiere cultuur?
Misschien ook zelfs op katholieken die ik met ons geloof dusdanig aan de haal zie gaan, dat ik me er eveneens vervreemd van voel: als zij op die manier katholiek zijn, hoe kunnen wij dan bij dezelfde Kerk horen?
Zelfs met Kerst zal ik weinig katholiek zijn dit jaar: ik ben in New York. Een stad waar veel te vinden valt, maar, verwacht ik, God in ieder geval niet. Mocht dat toch gebeuren, dan laat ik u dat weten in 2025. Misschien is dat soms katholiek genoeg: steeds weer durven hopen Hem toch te vinden.
Opdat jullie Hem wél mogen vinden, deze dagen dat het licht en de liefde de wereld inkomt, groet ik jullie.
Peter van Duyvenvoorde is schrijver en filosoof. Elke drie weken schrijft hij een column in Katholiek Nieuwsblad.
In een wereld waarin alles voortdurend verandert en onder druk staat, is katholieke kwaliteitsjournalistiek een uniek en kostbaar goed. Op KN.nl heeft u altijd toegang tot het laatste nieuws uit kerk en samenleving, en vindt u uitgebreide reportages en verhelderende analyses van onze gespecialiseerde redacteuren.
Voor maar € 1,40 per week leest u altijd als eerste al het moois dat KN.nl te bieden heeft, heeft u online onbeperkt toegang tot al onze artikelen én steunt u het voortbestaan van de laatste katholieke krant van Nederland.
Dus geef om katholieke kwaliteitsjournalistiek en word lid van KN Online.