De redactie van Panorama werd onlangs onder vuur genomen met een antitankwapen, het pand van De Telegraaf werd deze week geramd door een bestelbusje. In beide gevallen was het buiten kantooruren, gewonden vielen er gelukkig niet. Zorgwekkend is het desalniettemin.
Beide titels hebben hun sporen verdiend in de misdaadverslaggeving, in beide gevallen lijkt het redelijk te vermoeden dat het een waarschuwing betrof uit criminele kringen: bemoei je niet met onze zaken.
Angst is een effectieve stoorzender voor de journalistiek. Natuurlijk klinken er stoere woorden na zo’n aanslag: we laten ons niet intimideren. En dat zal waar zijn, maar invloed heeft het toch. De journalist is meer op z’n hoede, wordt gehinderd in de uitoefening van zijn vak.
Daarbij: een overduidelijke angst leidt misschien tot overduidelijke moed, maar hoe zit het met de subtielere vormen van angst? Angst voor oplageverlies, voor slechte kijk- en luistercijfers, voor kwakkelende advertentie-inkomsten, voor de marginaliteit, voor politieke grilligheden, voor de concurrentie van nieuwe media?
Dergelijke angsten komen veel vaker voor in journalistieke kring dan de angst voor aanslagen. Maar daar wordt zelden zo moedig op gereageerd, eerder defensief en krampachtig. We houden vast aan wat we kennen, aan hoe we het altijd al gedaan heen, en wachten stug de zondvloed af.
Geldt dat ook voor Katholiek Nieuwsblad? Ook wij kennen onze angsten, ongetwijfeld. Wij vrezen natuurlijk ook de economische uitdagingen – al kunnen we die ook enigszins relativeren door de wetenschap dat de economie ons van meet af aan niet gunstig gezind is geweest, maar we toch nog steeds bestaan. De 35-jarige geschiedenis van onze krant is een bewijs voor het bestaan van godswonderen. En wij weten dat we uiteindelijk een hogere economie dienen dan die van het geld.
Wat wij vermoedelijk meer vrezen zijn de verwachtingen die daarmee samenhangen. Wij vrezen de lezer weleens, zo merk ik wel eens op de redactie. Ja, wij vrezen u. Gek eigenlijk, want u bent zo aardig, dat weten we diep van binnen ook best.
Toch, angst om de bestaande lezer te vervreemden is de stoorzender in het vinden van nieuwe lezers. Maar dat laatste is wel nodig, niet alleen voor de lagere, maar juist ook voor de hogere economie van onze krant.
Wij willen ons niet laten leiden door angst en gaan onverschrokken door met het vernieuwen en verbeteren van onze krant en site. De komende maanden gaat u daar meer van merken: nieuwe rubrieken, nieuwe auteurs, een nieuw elan. We hopen dat u het ook een verbetering vindt – en zo niet, laat u het ons dan vooral weten. We vertrouwen erop dat u dat op subtielere wijze doet dan met een antitankwapen.