<

Geef om katholieke journalistiek

doneer
Interview

Een slachtoffer van seksueel misbruik in de Kerk getuigt: ‘Mijn geloof bleef mijn redding’

Emma Koevoets 21 mei 2025
image
Petra van Esch: “Je geest slaat het trauma op achter slot en grendel.” Foto: Emma Koevoets

Petra van Esch werd als twintiger slachtoffer van seksueel misbruik door iemand binnen de kerkgemeenschap. In plaats van de Kerk de rug toe te keren, vond ze er juist de kracht om te genezen. Nu deelt ze haar verhaal van pijn, geloof en trouw aan haar roeping als Godgewijde maagd.

Van Esch (46) spreekt behoedzaam. Ze wil haar verhaal niet uit wraak delen, maar omwille van de waarheid en hoop. “Het ging om iemand met een functie binnen de Kerk, maar daar wil ik verder niet op ingaan.” Wat ze wél wil delen, zijn de gevolgen: de schaamte, de pijn, het schuldgevoel.

Gevangen in een hel

Het trauma heeft haar geloof in ieder geval niet aangetast. “Het heeft mijn vertrouwen in God juist verdiept. Zelfs in mijn diepste pijn voelde ik zijn nabijheid. Ik geloof niet dat de slechte dingen die mensen doen een straf van God zijn. Het zijn de mensen zelf die verkeerde keuzes maken. God is liefde. Als tiener wist ik al: mijn leven behoort Hem toe.”

De periode van misbruik omschrijft ze als een hel. “Lang dacht ik dat ik het had moeten zien aankomen, maar nu weet ik: de schuld lag niet bij mij. Ik zat gevangen in een situatie die ik niet kon doorbreken, waardoor ik er niet aan kon ontsnappen.” Van Esch groeide bovendien op in een complex gezin, waarin veiligheid en vertrouwen al moeizaam waren.

Zwangerschap

Na een verkrachting raakte ze zwanger. Toen ze dat ontdekte, was ze al drie maanden ver. “Diep vanbinnen wist ik het al, maar ik durfde het niet onder ogen te zien. Ik vermeed de dokter. Ik was bang dat de waarheid aan het licht zou komen – dat mensen zouden ontdekken wie erbij betrokken was. Ik trok me volledig terug. Ik durfde het aan niemand te vertellen.”

Ze kreeg uiteindelijk een miskraam. “Hoe verdrietig dat ook klinkt, ik ervaar het als een genade van God. Hoewel ik me beschermd wist door Hem en geen moederwens had, voelde ik diepe rouw. Het blijft mijn kindje; ik heb het bij Hem neergelegd.”

‘Was ik wel waardig?’

Jarenlang zaten de herinneringen aan het misbruik bevroren in haar geheugen. “Je komt in een permanente overlevingsstand terecht. Het leven gaat door, maar een deel van je haakt emotioneel af. Je geest slaat het trauma op achter slot en grendel.”

https://www.kn.nl/donaties/

In 2021 werd alles getriggerd door een terloopse opmerking. “Opeens kwam alles terug: de herinneringen, de herbelevingen, de pijn, de angst, het verdriet, de onmacht, de walging. Alsof er een dichtgetimmerd luik in mijn hoofd werd opengetrokken.” Het raakte haar in alles van wie ze was en waar ze voor stond.

“Mijn identiteit als ‘bruid van Christus’ bleef, maar de betekenis van maagdelijkheid en moederschap kreeg een schrijnende diepte. Dat zorgde, naast de traumatische beschadigingen, ook voor innerlijke botsingen en onzekerheid over mijn wijding. Was ik wel waardig? En ja, dat ben ik. God riep mij – niet andersom. Hij wist wat Hij deed, wie ik ben.”

Ontzettend eenzaam

Ze zweeg er aanvankelijk een half jaar over. “In die tijd voelde ik me ontzettend eenzaam, maar de Kerk was ook een plek van troost. De eerste aan wie ik mijn verhaal durfde toe te vertrouwen, was onze pastoor. Hij was nog maar kort in onze parochie, maar ik voelde meteen een diep vertrouwen.”

De pastoor was rustig en vriendelijk en luisterde echt. “Toch voelde ik me ongemakkelijk, onzeker over hoe ik moest spreken. Veel durfde ik nog niet te delen. Ik kon mijn gevoelens nauwelijks onder woorden brengen. Het was alsof ik opnieuw door het trauma heen ging, en dat bracht veel onrust en onzekerheid met zich mee.”

‘Niet mijn keuze’

Omdat de herinneringen pas na haar wijding, die in 2020 plaatsvond, terugkeerden, wachtte ze aanvankelijk met het benaderen van de bisschop. “Ik worstelde met de vraag: breng ik schade toe aan de Kerk? Tegelijk vroeg ik me af: wat betekent dit voor mijn wijding? Ik had oprecht voor het altaar gestaan. Maar als het trauma eerder naar boven was gekomen, had ik waarschijnlijk nooit om een wijding gevraagd – omdat ik mezelf dan onwaardig had gevonden.”

“Ik kon het leven niet meer aan. Het was óf iets doen, óf mezelf iets aandoen.”

“Mijn fysieke maagdelijkheid is me afgenomen, maar geestelijk ben ik nog steeds maagd. Ik heb mezelf nooit gegeven; het was niet mijn keuze. Ik heb me altijd bewaard voor God. Het is moeilijk om hierover te spreken, maar ik wil open en eerlijk zijn. Ik heb me al veel te lang verstopt en gevangen gehouden.”

Rol in de verwerking

Uiteindelijk sprak ze toch met bisschop Gerard de Korte. “Hij wist van tevoren niet waar het over zou gaan, maar ik voelde me goed opgevangen. Hij geloofde me meteen, en daar ben ik ontzettend dankbaar voor. In het begin draaide ik nog om de kern heen, maar hij stelde de juiste vragen – niet om te oordelen, maar om te begrijpen. Hij vroeg: ‘Wat heb jij nodig om tot innerlijke genezing te komen, om te kunnen herstellen? Niet anderen blijven beschermen. Wat heb jij nodig?’”

“Een heel moeilijke vraag voor me. Ik zorgde altijd voor anderen. Zo ben ik terechtgekomen bij een psychotraumacentrum, en ik krijg nog steeds hulp. Naast de hulpverlening hebben de bisschop, mijn geestelijk leidsman, de pastoor en de vertrouwenspersoon van het bisdom een grote rol gespeeld in de verwerking.”

Hanne: ‘God is genadig’

Eind 2022 vierde Van Esch een privémis met de pastoor. “We hebben toen mijn kindje opgedragen aan God. Dat heeft geholpen de miskraam een plek te geven. Ze is veilig thuis, bij Jezus in de hemel. Hij zorgt voor haar.” Waarom weet ze niet precies, maar ze had altijd het gevoel dat het een meisje was. Ze bad om een naam.

“Binnen twee seconden wist ik het: Hanne. Het voelde meteen goed. Later keek ik de betekenis op: ‘God is genadig’. Dat was precies wat ik voelde.” Hoewel ze zich schuldig voelde tegenover het kindje – “Zij kon niets doen aan wat de dader mij aandeed” – ervoer ze ook Gods bescherming en genade.

“Hij heeft haar teruggenomen, omdat het moederschap niet mijn roeping was. En uitgerekend dat weekend, bij het opdragen in de Mis, ging het Evangelie over Elisabeth die zwanger is van Johannes en Maria die zwanger is van Jezus. Dat raakte me diep. Het bevestigde dat haar naam goed gekozen was.”

Stappen tegen dader

Van Esch voelde zich gesteund door de Kerk. “Ik werd geloofd. Dat was essentieel. Er werd gekeken naar wat er gebeurd was, en wat ik nodig had. Mijn geestelijk leidsman speelde ook een belangrijke rol. Niemand zei dat ik moest zwijgen – dat deed ik zelf, omdat alles zo complex voelde. Maar er is altijd gezegd: je mag spreken.”

https://www.kn.nl/misbruik/

Er zijn ook stappen ondernomen tegen de dader, in overleg met haar. Uiteindelijk deed ze zelf aangifte. “Omdat ik dat nodig had. Het onrecht was groot. Ik voelde me zó smerig en walgelijk. Ik zat gevangen in dagelijkse herbelevingen, gruwelijke angsten, paniekaanvallen, nachtmerries. Ik kon het leven niet meer aan. Het was óf iets doen, óf mezelf iets aandoen. Ik wilde dat hij rekenschap zou afleggen – niet uit wraak, maar omwille van de waarheid.”

‘We doen dit samen’

Had de Kerk iets beter kunnen doen? “Zeker. En ik zeg dat niet uit verwijt, want ik weet dat mijn onrust ook anderen onder druk zette. Maar wat ontbrak – en dat geldt breder dan alleen de Kerk – was iemand die naast me ging staan en me haast bij de hand nam: ‘We doen dit samen. Wil je deze stap zetten, of liever die andere?’ Niet alleen: ‘Wat heb je nodig?’ Want ik wist het niet.

Ik was verlamd door angst en onzekerheid. Wat ik nodig had, was iemand die even de regie overnam. Maar ik ben heel dankbaar voor alle hulp en ondersteuning, ook van vrienden. Zeker de bisschop is erg betrokken geweest en is dat nog steeds.”

Maagdenwijding

Ze benadrukt dat haar keuze voor de maagdenwijding niets te maken heeft met het misbruik. “Dat staat er los van. Het is mij overkomen – het was niet mijn keuze. En ik wist al als kind dat ik geroepen werd. Ik begrijp dat mensen denken: ze kiest voor een leven zonder man vanwege wat haar is overkomen. Dat mogen ze denken. Maar mijn liefde voor God is altijd de drijvende kracht geweest.”

“Ik hoop dat ik door open te zijn niet alleen mezelf bevrijd, maar ook iets kan betekenen voor anderen”

Die roeping geeft haar kracht. “Ik ben intens dankbaar voor mijn wijding. Het is het meest passende dat ik ooit heb gedaan. Misschien ken je het gevoel van diep verbonden zijn met iemand van wie je houdt – dat is hoe ik mijn relatie met God ervaar. Tegelijk voel ik dat ik Hem tekortdoe, door de onrust die ik nog in me draag. Daardoor kan ik soms minder betekenen voor God en anderen dan ik zou willen. Dat maakt me verdrietig. In God voel ik me vrij, maar in mezelf zit ik nog vaak gevangen.”

Slachtoffers blijven gevangen

Juist daarom deelt ze nu haar verhaal. “Ik hoop dat ik door open te zijn niet alleen mezelf bevrijd, maar ook iets kan betekenen voor anderen. Als Godgewijde maagd voel ik de roeping om te getuigen, om ruimte te maken voor heling. Er rust zo’n taboe op dit onderwerp – in de Kerk, maar ook daarbuiten. Daders worden soms gestraft, maar slachtoffers blijven opgesloten in zichzelf. Zij krijgen levenslang.”

Door haar wijding voelt ze extra verantwoordelijkheid. “Misschien roept mijn verhaal kritiek op, maar ik hoop vooral dat het mensen helpt om hulp te zoeken, om te weten dat ze niet alleen zijn en zich niet hoeven te schamen.”

‘Niet jouw schuld!’

Wat ze anderen wil meegeven: “Wat je ook hebt meegemaakt, twijfel niet aan jezelf – niemand heeft het recht jou aan te raken als jij dat niet wilt. En belangrijk: het is niet jouw schuld! Hoe vaak je dat ook hoort – het is waar. Houd het niet voor jezelf. Neem iemand in vertrouwen. Spreek erover.

Wat ik zelf heb gedaan – en wat ik anderen wil afraden – is proberen het alleen te dragen. Je kunt het niet alleen. En anderen willen er ook voor je zijn. Zwijgen maakt het vaak alleen maar zwaarder – en kan leiden tot extra problemen. Zoek hulp. Begin bij iemand die je vertrouwt.”

Genuanceerder gesprek

Ze benadrukt dat er in het verleden fouten zijn gemaakt binnen de Kerk. “Er zijn doofpotaffaires geweest en er is slecht gehandeld – daar heb ik geen goed woord voor over. De Kerk heeft hiervan geleerd en heeft veranderingen doorgevoerd. Tegelijkertijd zie ik ook dat de Kerk in de media vaak hard wordt aangepakt, zonder enige nuance.”

“Ik praat niets goed”, zegt ze. “Daders mogen er niet mee wegkomen. Maar ik wil wel zeggen: het gaat om een klein aantal mensen. De grote meerderheid binnen de Kerk, die niets te maken heeft met misbruik of andere misstanden, wordt vaak meegesleept in het oordeel. En dat is eveneens niet te rechtvaardigen.

https://www.kn.nl/van-de-redactie/uw-mening-in-de-krant-schrijf-ons/

Het doet me veel verdriet, want we hebben een prachtige, levende Kerk die veel vreugde en goeds voortbrengt. Met een God die van ons houdt. Het is de mens die fouten maakt, niet God. Hij is mijn kracht, en dat wens ik iedereen toe.”

Lees meer!

Dit artikel is afkomstig uit Katholiek Nieuwsblad van deze week.

Een traditie van eeuwen tegenover de waan van de dag

In een wereld waarin alles voortdurend verandert en onder druk staat, is katholieke kwaliteitsjournalistiek een uniek en kostbaar goed. Op KN.nl heeft u altijd toegang tot het laatste nieuws uit kerk en samenleving, en vindt u uitgebreide reportages en verhelderende analyses van onze gespecialiseerde redacteuren.

Voor maar € 1,40 per week leest u altijd als eerste al het moois dat KN.nl te bieden heeft, heeft u online onbeperkt toegang tot al onze artikelen én steunt u het voortbestaan van de laatste katholieke krant van Nederland.

Dus geef om katholieke kwaliteitsjournalistiek en word lid van KN Online.