Het licht van de volkeren is Christus. Zo begint Lumen gentium, een belangrijk conciliedocument. De Vader schiep deze wereld en hij liet de mensen na de zondenval “niet aan hun lot over”.
De Kerk, voorafgebeeld in de geschiedenis van het joodse volk, is de plaats waar christenen samengeroepen zijn. Die Kerk is niet een gemeenschap van uitverkorenen die zomaar de waarheid bezitten, maar zij is wel gesticht om voor altijd een “pijler en steunpunt van de waarheid” te zijn (1 Tim. 3,15).
Wij hebben de waarheid niet, de waarheid heeft hoogstens ons, zegt paus Benedictus. Wie in deze wereld – denk aan Donald Trump en agressieve joodse kolonisten – zichzelf het voorrecht van exclusiviteit en uitverkorenheid toedicht, moet de concilieteksten eens lezen.
Ook buiten de Kerk, zegt het Concilie, zijn er “meerdere elementen van heiliging en waarheid te vinden”, die kunnen aanzetten “tot de katholieke eenheid”. Er is hier een weldadige openheid naar andere kerken. Het rijk der hemelen is door Christus in de Kerk begonnen, maar het moet groeien! Daarom worden mensen opgeroepen tot vereniging met Christus, in de Eucharistie, in de Geest die na Pinksteren in de Kerk woont en in de harten van de gelovigen.
Er is zoveel tegen de Kerk in te brengen, met haar middelmatigheden, haar schandalen, zegt de wijze concilievader kardinaal Franz König van Wenen (1905-2004). Deze Kerk is voor hem slechts “het begin van het Godsrijk, slechts een glimmende vonk”. Wees wel voorzichtig met woorden als het Godsrijk, het Godsvolk. De Kerk is niet het Godsrijk omdat ik tot haar behoor, zegt König, maar het gaat om een opdracht, om de groei van mijn geloof.
Het gaat om “de blijde boodschap”, om de komst van het rijk Gods dat ons is beloofd, zegt het Concilie, een rijk dat aanbreekt “in het woord, de daden en de aanwezigheid van Christus”. De Kerk is op deze aarde de kiem en de aanvang van dat rijk. Zij verlangt naar de “voltooiing van dat Koninkrijk”.
Het Concilie beroept zich op de grote beelden van dat rijk in het Oude Testament: de Kerk als schaapstal, akker van God, Gods bouwwerk, de heilige stad. Maar die Kerk, in haar pelgrimstocht op aarde, is daar ook een balling, in twijfel, crisis, ongeloof en vervolging. De Kerk lijdt.
“De Kerk wil voor eeuwig een steunpunt van de waarheid zijn.”
Wordt daarom niet wanhopig, zegt het Concilie. Christus is het hoofd “van het lichaam dat de Kerk is”. Wij lijden samen met Hem, innig met Hem verenigd door het doopsel, de sacramenten, in de Eucharistie. De menselijke en goddelijke werkelijkheid horen bij elkaar.
De Kerk, “de enige Kerk van Christus”, één, heilig, katholiek en apostolisch, is aan de hoede van de opvolger van Petrus en de “met hem verenigde bisschoppen” toevertrouwd. Die Kerk wil voor eeuwig een steunpunt van de waarheid zijn.
Zij moet het heil aan de mensen verkondigen, de vreugde van het Evangelie. Zij is niet opgericht “om aardse roem na te streven, maar om door haar voorbeeld nederigheid en onthechting te verspreiden”.
Dan is er die belangrijke zin: Christus kwam om de armen het Evangelie te brengen. In de armen en noodlijdenden “erkent zij het beeld van haar arme en lijdende stichter”. De Kerk omringt, zeggen de concilievaders, “allen die door menselijke zwakheid getroffen zijn met haar liefde”.
In een wereld waarin alles voortdurend verandert en onder druk staat, is katholieke kwaliteitsjournalistiek een uniek en kostbaar goed. Op KN.nl heeft u altijd toegang tot het laatste nieuws uit kerk en samenleving, en vindt u uitgebreide reportages en verhelderende analyses van onze gespecialiseerde redacteuren.
Voor maar € 1,40 per week leest u altijd als eerste al het moois dat KN.nl te bieden heeft, heeft u online onbeperkt toegang tot al onze artikelen én steunt u het voortbestaan van de laatste katholieke krant van Nederland.
Dus geef om katholieke kwaliteitsjournalistiek en word lid van KN Online.