Predikant René van Loon voerde een grootschalig onderzoek uit naar hoe niet-kerkgangers een kerkbezoek ervaren. De bevindingen van het onderzoek mogen ook parochies stof tot nadenken bieden. Gastvrijheid is een kernopdracht voor gelovigen, maar hoe word je meer open naar nieuwe mensen zonder je eigenheid tekort te doen?
Hoe beleven bezoekers christelijke vieringen? Dat wou theoloog René van Loon weten en dat heeft hij nu onderzocht. Vijftig plaatselijke kerken (katholiek, protestants en evangelisch) werkten mee aan het onderzoek. Ze nodigde 152 mensen uit van buiten de kerk. Achteraf vulden deze gasten een vragenlijst in en nu hebben we de bevindingen in een boek: Te gast in de kerk.
Het Centrum voor Parochiespiritualiteit (CPS) heeft bijgedragen aan het project. We kenden René al van zijn vorige boek, Lente in de kerk, over creatieve ontwikkelingen in geloofsgemeenschappen. Nu vroeg hij ons om mee te denken over de opzet van dit onderzoek, en of we hem in contact konden brengen met parochies. Dat deden we graag, en we zijn blij met het resultaat.
Het boek is leerzaam en biedt veel stof tot nadenken voor parochies die mensen beter willen ontvangen. Behalve aan de interessante bevindingen (duidelijk weergegeven met grafieken), heeft de lezer ook veel aan de interviews met verschillende kerkbezoekers en met theoloog Stefan Paas. Zeer welkom zijn ook de beschrijving van recente kerkelijke initiatieven rond gastvrijheid en het hoofdstuk over gastvrijheid in de Bijbel.
Enkele bevindingen springen eruit. Ten eerste de bemoedigende ontdekking dat deelnemers in het algemeen positief reageerden op de vieringen en dat ze openstaan voor meer contact. 16 procent van de bezoekers verliet de kerk met een “heel positieve” indruk en 63 procent had een “positieve” indruk. Meer dan de helft van de bezoekers vond de ervaring voor herhaling vatbaar. Blijkbaar is het christelijke ‘verhaal’ nog steeds verstaanbaar en boeiend voor mensen, terwijl breed wordt gedacht dat dit niet meer zo is.
Ook interessant zijn de bevindingen rond muziek. In twee derde van de katholieke kerken die bezocht werden, werd hedendaagse muziek gezongen en in 16 procent was de muziek klassiek. Deelnemers gaven een voorkeur aan voor hedendaagse muziek, maar een mengsel van hedendaags en klassiek scoorde bijna zo hoog.
“Natuurlijk wil je dat deelnemers zich bewust zijn van Gods aanwezigheid, maar gevoel kan een misleidende raadgever zijn”
De voor mij meest intrigerende bevinding betreft de ervaring van goddelijke aanwezigheid. In antwoord op de vraag: ‘Heeft u tijdens de bijeenkomst het gevoel gehad dat God of een bovennatuurlijke macht aanwezig was?’ zei 10 procent van de deelnemers aan een katholieke viering “ja”, 17 procent “misschien” en 73 procent “nee”. Bij protestantse vieringen was het gevoel van goddelijke aanwezigheid sterker. Na een bezoek aan een PKN-kerk zei 22 procent van de deelnemers “ja” en na een bezoek aan een evangelische kerk zei 33 procent “ja”.
Betekent dit dat katholieke kerken meer moeten doen om bezoekers Gods aanwezigheid te laten voelen? Natuurlijk wil je dat deelnemers zich bewust zijn van Gods aanwezigheid. (Zijn we ons daar zelf voldoende van bewust?) Maar gevoel kan ook een misleidende raadgever zijn. God spreekt ons ook aan door ons verstand. Bovendien maakt God gebruik van verrassende en soms pijnlijke ervaringen in ons leven – denk daarbij aan het kruis. Het is dus niet vanzelfsprekend dat een viering beter wordt door sterk op de emoties te spelen.
In zijn onderzoek vraagt Van Loon zich af hoe je nieuwkomers het best kan helpen om bekend te worden met de viering, om de participatie te bevorderen. Is bijvoorbeeld uitleg van de opbouw van de viering, van symbolen en gebaren op zijn plaats tijdens de Mis zelf? Hier moeten we voorzichtig mee zijn, want uitleg tijdens de viering onderbreekt de natuurlijke, geestelijke beweging waardoor we ingevoerd worden in het Godsmysterie.
Zelf zou ik de voorkeur geven aan liturgische catechese buiten de viering. Goede hulpmiddelen hierbij zijn het boek Thuiskomen in de liturgie van benedictijn Johan te Velde en de film Amazing Gift. Zelf had ik nooit als jonge bekeerling moeite met het feit dat ik de liturgie niet volledig begreep. Ik begrijp het nog steeds niet helemaal, want liturgie is een daad van God zelf, en Gods wegen zijn ondoorgrondelijk. Door steeds weer deel te nemen aan de viering is het voor mij geleidelijk vertrouwd geworden.
Als ik iets zou toevoegen aan de lijst met aanbevelingen voor kerken, dan zou ik mensen aanraden om ook na te denken over de gastvrijheid online. Hoe uitnodigend en toegankelijk is de website? Wat voor uitstraling heeft de gemeenschap op sociale media?
Op dit moment is gastvrijheid een hot topic in parochies die bezig zijn met vernieuwing en evangelisatie. Dit is een goede zaak, want gastvrijheid geldt als de kernopdracht van gelovigen: in wezen is gastvrijheid niets anders dan je hart openstellen voor God en je naasten, wat gestalte geeft aan de twee hoogste geboden om God en je naaste lief te hebben.
In zijn interview in het boek herinnert Stefan Paas ons terecht eraan dat kerkelijke gastvrijheid niet om “het behoud van het instituut” gaat, maar om “publiek kerk te zijn”. Met andere woorden, we zijn er om Gods liefde met de mensheid te delen. Het boek Te gast in de kerk kan de parochie helpen om hierin te groeien. Lees het samen, bespreek het, bid tot de Geest, en breng de nodige inzichten in praktijk.
Tim Schilling is stafmedewerker van het Centrum voor Parochiespiritualiteit.
In een wereld waarin alles voortdurend verandert en onder druk staat, is katholieke kwaliteitsjournalistiek een uniek en kostbaar goed. Op KN.nl heeft u altijd toegang tot het laatste nieuws uit kerk en samenleving, en vindt u uitgebreide reportages en verhelderende analyses van onze gespecialiseerde redacteuren.
Voor maar € 1,40 per week leest u altijd als eerste al het moois dat KN.nl te bieden heeft, heeft u online onbeperkt toegang tot al onze artikelen én steunt u het voortbestaan van de laatste katholieke krant van Nederland.
Dus geef om katholieke kwaliteitsjournalistiek en word lid van KN Online.