Tijdens zijn bezoek aan België zal paus Franciscus de eerbiedwaardige Anna van Jezus (1545-1621) zalig verklaren. Die zaligverklaring is in meer dan één opzicht opmerkelijk. Wat maakt deze ongeschoeide karmelietes uit een ver land en een grijs verleden voor de paus én voor ons tot een inspirerende figuur?
Wat is er zo opmerkelijk aan deze zaligverklaring? Ten eerste het feit dat Franciscus daarmee afwijkt van de regel, vastgesteld door Benedictus XVI in 2005, dat zaligverklaringen niet meer in Rome door de paus geschieden, maar in eigen land door een pauselijke gezant.
Zelf heeft Benedictus zich strikt aan die regel gehouden, met uitzondering van de zaligverklaring van kardinaal John Henry Newman tijdens zijn bezoek aan Engeland in 2010. Ook paus Franciscus is er tot op heden slechts enkele keren van afgeweken, namelijk bij zijn bezoeken aan Zuid-Korea, Colombia en Roemenië, waarbij zo’n zaligverklaring telkens een duidelijk pastoraal doel leek te dienen.
Wat bij de zaligverklaring van Anna van Jezus echter nóg opmerkelijker is, is dat er voor een ‘geitenpaadje’ is gekozen wat betreft het vereiste wonder. Volgens de karmel van Brussel, die in deze zaak een drijvende kracht is geweest, wordt Anna zaligverklaard op basis van een historisch wonder dat direct aan de kardinalen en bisschoppen van het Dicasterie voor de Heilig- en Zaligsprekingsprocessen is voorgelegd, met voorbijgaan dus van de medische deskundigen en theologen.
Het wonder, geschied bij het overlijden van Anna van Jezus in 1621, overtuigde destijds iedereen, incluis de artsen. Wie vertrouwd is met de huidige procedure weet echter hoe moeilijk de medische deskundigen nu te overtuigen zijn van de onverklaarbaarheid van een genezing. Heeft men geen risico’s willen nemen? Als dat zo is, moet paus Franciscus het wel heel belangrijk hebben gevonden om tijdens zijn bezoek aan België Anna van Jezus zalig te kunnen verklaren.
Wie was zij dus, Anna van Jezus? “Ze lijkt in alles op Theresia van Ávila”, vond Johannes van het Kruis. “Dezelfde geest van gebed, dezelfde manier van doen, dezelfde vaardigheden, dezelfde wijze van bestuur.” Later corrigeerde Johannes zichzelf: “Anna is de gelijke van Theresia wat betreft geestelijke gaven, maar zij overtreft haar in natuurlijke gaven.”
“Wat bij de zaligverklaring van Anna van Jezus opmerkelijk is, is dat er voor een 'geitenpaadje' is gekozen wat betreft het vereiste wonder”Tweet dit!
Theresia zal het Johannes niet kwalijk hebben genomen dat hij Anna in sommige opzichten hoger schatte: Anna was haar favoriete geestelijke dochter en een van haar meest vertrouwde medewerksters. Toen Theresia in 1573 in Salamanca begon met haar Boek van de stichtingen, deelde zij haar cel met Anna, die haar werk beter kende dan wie ook.
Anna de Lobera y Torres werd geboren in Medina del Campo op 25 november 1545. Haar vader stierf kort na haar geboorte en haar moeder toen Anna pas negen jaar oud was. Het meisje leek aanvankelijk doof en stom te zijn, want ze begon pas te praten toen ze zeven was; misschien was ze al van jongs af aan contemplatief ingesteld?
In 1570 trad Anna in de karmel van Sint-Joseph te Ávila in, die acht jaar eerder was gesticht door Theresia van Ávila als eerste klooster van haar karmelitaanse hervorming. Anna van Jezus maakte meteen indruk op de stichteres. Zij nam haar nog als novice mee naar de nieuwe stichting in Salamanca en in 1575 naar een ander nieuw klooster, in Beas de Segura, waar Anna de eerste priorin werd.
Vier jaar later kwam ook Johannes van het Kruis naar Beas, een oude bekende uit Salamanca, die het Geestelijk hooglied aan haar op zou dragen dat hij in 1577 in zijn kloostergevangenschap te Toledo was begonnen en dat zij tot 1586 bij zich zou houden.
Hun geestelijke vriendschap kwam in Beas tot grotere bloei en zette zich voort in Granada, waar Anna in 1581 een nieuwe karmel moest beginnen (de enige die Theresia niet zelf stichtte), terwijl Johannes er een jaar later prior werd. In 1586 ging Anna, opnieuw begeleid door Johannes, naar Madrid voor een volgende karmelstichting.
“Wie was zij dus, Anna van Jezus? Ze lijkt in alles op Theresia van Ávila, vond Johannes van het Kruis.”Tweet dit!
Ook zette zij zich in voor de uitgave van de werken van Theresia van Ávila, gestorven in 1582, overtuigd dat de verbreiding van de Theresiaanse karmelhervorming de wil van God voor haar in dit leven was. De grootste tegenstand kwam zoals wel vaker niet van buiten, maar van binnen de orde. De strijd om de geest van de hervorming was ook een strijd om macht, waarbij beide partijen steun zochten bij de paus en bij de vrome koning van Spanje, Filips II.
Ondanks al haar natuurlijke gaven, ook op het gebied van bestuur, slaagde Anna van Jezus er aanvankelijk niet in de strijd te winnen, waardoor een nog groter beroep op haar geestelijke gaven werd gedaan. Wegens vermeende ongehoorzaamheid werd zij in 1591 afgezet als priorin en veroordeeld tot drie jaar eenzame opsluiting in haar cel.
De bepaling dat ze slechts tweemaal per jaar naar de kapel mocht voor de Mis en Communie werd dankzij het ingrijpen van Filips II teruggebracht tot eenmaal per maand. Anna droeg het even geduldig als Johannes van het Kruis destijds in Toledo, de vriend die haar datzelfde jaar ontviel.
Toen de boetetijd beëindigd was in 1594 keerde Anna terug naar Salamanca. Zij was er van 1596 tot 1599 priorin en raakte betrokken bij het plan om de Theresiaanse hervorming ook naar Frankrijk te brengen. Gesteund door grote namen als Franciscus van Sales en kardinaal Pierre de Bérulle trok Anna met een groepje medezusters naar Parijs en stichtte er in 1604 het klooster van de Menswording.
Het project sloeg aan – al in 1605 ontstonden er karmels in Pontoise en Dijon – maar met deze zegen kwam ook beproeving, met opnieuw de ware geest als inzet. “Het zijn niet de mensen die ons beproeven”, zou Anna zeggen, “maar God zelf, die weet hoe de levende stenen van het hemelse Jeruzalem gehouwen moeten worden.”
Op uitnodiging van de aartshertogen Albrecht en Isabella, soevereinen van de Spaanse Nederlanden, ging Anna van Jezus in 1607 naar Brussel, de derde Europese hoofdstad waar zij een karmel stichtte. Het werd de uitvalsbasis voor verdere stichtingen (Leuven, Mons, Antwerpen, Krakau zelfs) en vanaf 1614 de standplaats van haar ziekbed. Gelet op de vele kwalen die haar troffen verbaast het niet dat zij zich steeds meer verwant voelde met Job, die zij kon nazeggen dat we zowel in voorspoed als in tegenslag Gods wil moeten aanvaarden.
Anna van Jezus stierf in de karmel van Brussel op 4 maart 1621. Nog diezelfde dag genas een medezuster, Johanna van de Heilige Geest, op wonderbaarlijke wijze van de verlamming waaraan zij al acht jaar leed, na de overledene de voeten te hebben gekust. Op basis van dit wonder zal Anna van Jezus op 29 september worden zaligverklaard.
Wat de nieuwe zalige zo inspirerend maakt voor paus Franciscus én voor ons staat in het decreet waarmee zij in 2019 eerbiedwaardig is verklaard: “De eigen gaven ten dienste stellen van het geestelijk herstel van Europa.” Hoe? Ten eerste door de liefdevolle beschouwing van Christus, in het bijzonder zijn nederige, lijdende mensheid; vervolgens door kracht en volharding bij moeilijkheden; en ten slotte door de verbreiding van troost en hoop.
Dat laatste woord zet ons meteen op weg naar het Heilig Jaar 2025, waarbij de zalige Anna van Jezus, die zo veel op pad is geweest voor de geestelijke vernieuwing, onze medepelgrim van hoop mag zijn.
Marc Lindeijer is jezuïet en woonachtig in Amsterdam.
In een wereld waarin alles voortdurend verandert en onder druk staat, is katholieke kwaliteitsjournalistiek een uniek en kostbaar goed. Op KN.nl heeft u altijd toegang tot het laatste nieuws uit kerk en samenleving, en vindt u uitgebreide reportages en verhelderende analyses van onze gespecialiseerde redacteuren.
Voor maar € 1,40 per week leest u altijd als eerste al het moois dat KN.nl te bieden heeft, heeft u online onbeperkt toegang tot al onze artikelen én steunt u het voortbestaan van de laatste katholieke krant van Nederland.
Dus geef om katholieke kwaliteitsjournalistiek en word lid van KN Online.