Toen hij nog kardinaal Bergoglio was, bezocht paus Franciscus regelmatig de sloppenwijken in de Argentijnse hoofdstad Buenos Aires. En nog altijd is de Kerk er vaak de enige die er zorgt voor sociale voorzieningen.
Priester Pedro Cannavó leidt niet alleen mensen naar God, maar is zich ook zeer bewust van zijn rol als leider van de gemeenschap. In die rollen probeert hij te voorzien in zowel de materiële als de spirituele behoeften van de mensen die er deel van uitmaken.
We spreken de priester buiten zijn eenvoudige parochiekerk in Buenos Aires. Op dat moment staan honderden mensen, onder wie veel vrouwen en kinderen, er al in de rij voor een warme maaltijd.
De gaarkeuken van de parochie werd oorspronkelijk opgericht om ondersteuning te bieden tijdens de coronapandemie. “We moesten toen snel handelen, omdat de mensen niets hadden”, legt Cannavó uit. Maar volgens de priester is de gaarkeuken “nu nog harder nodig dan toen”.
Pedro Cannavó werd in 2009 tot priester gewijd door de toenmalige kardinaal Jorge Bergoglio, slechts vier jaar voordat de aartsbisschop van Buenos Aires door zijn collega-kardinalen zou worden gekozen als opvolger van paus Benedictus XVI.
Er wordt nog altijd met veel liefde teruggedacht aan ‘Padre Jorge’, zoals de lokale bevolking de paus nog altijd noemt. “Hij kwam hier vaak om bij ons te zijn”, aldus Nipo Chan, een oudere gast van de gaarkeuken wiens ouders voor de Tweede Wereldoorlog als immigranten uit Japan naar Argentinië kwamen.
“Andere mensen kunnen zeggen dat ze de paus hebben gezien of gehoord, maar hier kunnen we zeggen ‘hij heeft mijn kind gedoopt’, of ‘hij heeft mijn kinderen de eerste heilige communie uitgereikt’”, zegt Chan trots.
De mensen die door de gaarkeuken worden geholpen, hebben goede hoop dat de paus hen binnenkort zal bezoeken. “We hebben hem uitgeleend aan de wereld, maar nu willen we dat hij terugkomt”, zegt Chan, onder enthousiaste bijval van de andere gasten van de gaarkeuken.
“Toen hij net was verkozen tot paus, had je het hier moeten zien”, voegt een oudere vrouw toe. “Iedereen in de buurt had wel een zoon, een nicht, een broer of zus die door de paus was gedoopt, aan wie hij het vormsel had toegediend of de eerste communie had uitgereikt.”
De belangrijkste gaarkeuken van de parochie voedt dagelijks ongeveer drieduizend mensen. Nog eens vijftienhonderd maaltijden worden elke dag uitgedeeld bij mensen thuis die niet naar de locatie zelf kunnen komen.
Cannavó vertelt dat het in eerste instantie een beetje zoeken was hoe de gaarkeuken het best de mensen kon dienen. “Het was een steile leercurve. We kwamen er bijvoorbeeld achter dat veel oudere mensen hier hartproblemen hebben. We moeten dus oppassen met de hoeveelheid zout die we aan het eten toevoegen om hun toestand niet te verergeren.”
Inmiddels beschikt de gaarkeuken over twee extra faciliteiten waar men gespecialiseerd is in natriumarme opties voor mensen die niet teveel zout mogen hebben.
Toegang tot gezondheidszorg is een groot probleem in de sloppenwijken. Op het moment dat we de parochiekerk binnengaan, is er net een wake bezig voor een jonge vrouw. Cannavó legt uit dat ze is gestorven aan een infectie met dengue, een ziekte die ook wel knokkelkoorts wordt genoemd en die op mensen wordt overgedragen door de beet van besmette muggen.
Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie merken de meeste mensen met een dengue-infectie daar niet veel van of is het ziekteverloop mild. Maar in de sloppenwijken is overlijden aan de infectieziekte niet ongewoon, legt Cannavó uit, omdat de gezondheid van veel mensen er kwetsbaar is en goede zorg niet voorhanden is.
“Daarom proberen we mensen te zien voordat ze ziek worden”, zegt de priester. Hij legt uit dat een essentieel onderdeel van het werk van de gaarkeukens ook de beschikbaarheid is van medische diensten voor mensen die daar anders geen gebruik van zouden kunnen maken.
“We hebben hier vrijwillige artsen, vrijwillige verpleegkundigen en studenten geneeskunde die hun tijd besteden aan het behandelen van mensen. Vaak is dit de enige toegang tot gezondheidszorg die deze mensen hebben”, aldus Cannavó.
Volgens een onderzoek uit februari van de UCA, de Katholieke Universiteit van Argentinië, is het armoedeniveau in Argentinië dit jaar omhooggeschoten naar 57,4% van de 46 miljoen inwoners. Dat is het hoogste percentage in de afgelopen twintig jaar. Iets meer dan 26 miljoen Argentijnen leeft in armoede en van hen is 15% niet in staat om in de voedselbehoeften te kunnen voorzien, blijkt uit het onderzoek.
De universiteit wijt de toename van mensen in armoede deels aan de beslissing van president Javier Milei om de Argentijnse peso te devalueren. Dat resulteerde in een stijging van de prijzen van voedsel, diensten en andere goederen. Milei, een econoom, stelt dat de economische schokmaatregelen – hoewel pijnlijk – nodig zijn om de inflatie in het land te beteugelen.
Voor Pedro Cannavó en de vrijwilligers van zijn parochie gaat het werk ondertussen gewoon door. “We zijn hier voor de noden van de mensen, en elke dag lijken die groter te worden.”
In een wereld waarin alles voortdurend verandert en onder druk staat, is katholieke kwaliteitsjournalistiek een uniek en kostbaar goed. Op KN.nl heeft u altijd toegang tot het laatste nieuws uit kerk en samenleving, en vindt u uitgebreide reportages en verhelderende analyses van onze gespecialiseerde redacteuren.
Voor maar € 1,40 per week leest u altijd als eerste al het moois dat KN.nl te bieden heeft, heeft u online onbeperkt toegang tot al onze artikelen én steunt u het voortbestaan van de laatste katholieke krant van Nederland.
Dus geef om katholieke kwaliteitsjournalistiek en word lid van KN Online.