[MET FILMPJE] Paus Franciscus heeft vandaag op de tweede dag van zijn driedaagse bezoek aan Armenië gebeden bij het nationaal genocidemonument van Armenië.
Het monument Tsitsernakaberd (‘Zwaluwenvesting’) in de Armeense hoofdstad Jerevan herinnert aan de ruim anderhalf miljoen Armeniërs die omkwamen tijdens de Armeense genocide van 1915 door de Ottomanen.
De paus bad bij het monument samen met het hoofd van de Armeens Apostolische Kerk, Karekin II, de president van Armenië, Serzh Sargsyan, en de Armeens katholieke patriarch van Armenië, Grégoire Pierre XX.
Ter nagedachtenis aan de ruim anderhalf miljoen doden werd er een Onzevader gebeden, twee bijbelpassages gelezen (Hebr. 10,32-36 en Joh. 14,1-13), en een voorbede uitgesproken door paus Franciscus.
Bij de oecumenische gebedsdienst waren ook nakomelingen aanwezig van Armeense vluchtelingen die tijdens de Armeense genocide door paus Pius XI (1857-1939) opgevangen zijn in de pauselijke residentie Castel Gandolfo in Rome.
Tot slot van de oecumenische gebedsdienst plante en zegende paus Franciscus een boom bij het nationaal genocidemonument van Armenië. ter herinnering aan zijn bezoek aan Tzitzernakaberd.
Onderdeel van het monument is een honderd meter lange gedenkmuur met namen van dorpen en steden waar Armeniërs vermoord zijn.
Aan de achterkant van deze muur zijn gedenkplaten bevestigd waarop personen worden geëerd die zich hebben ingezet voor de slachtoffers van de Armeense genocide.
Op een van de gedenkplaten staat de naam van paus Benedictus XV (1854-1922), die destijds de aandacht vestigde op de situatie van de christenen in het Midden-Oosten.
Al tijdens de Eerste Wereldoorlog, waarin de Ottomanen bondgenoten waren van Duitsland en Oostenrijk-Hongarije, had paus Benedictus XV zich via zijn vertegenwoordiger, mgr. Luigi Dolci, beklaagd bij de toenmalige sultan van het Osmaanse Rijk, Mehmed V, over de wijze waarop de christelijke Armeniërs werden vervolgd. (KN/RV)