Advocaat Adéle van der Plas ziet wel degelijk gronden voor een rechtszaak tegen oud-justitietopman Joris Demmink.
Van der plas treedt op namens twee Turken die aangifte tegen Demmink hebben gedaan. De twee zouden twee decennia geleden als minderjarigen door de voormalige secretaris-generaal van het ministerie van Justitie zijn verkracht. Aanvankelijk kreeg zij van het OM geen inzage in het onderzoeksdossier, tot het Hof anders besliste.
Op last van het Gerechtshof in Arnhem deed het OM meer dan twee jaar onderzoek en concludeerde vorig jaar zomer dat er “geen enkel belastend materiaal” zou zijn gevonden. Anders dan het OM komt Van der Plas op basis van het onderzoek tot de conclusie dat er nieuwe feiten zijn gevonden “die het eerdere aanwezige bewijs ondersteunen”. Zoveel bewijs zelfs dat een rechtszaak tegen Demmink gerechtvaardigd zou zijn.
Zo blijkt de politieman die de twee jongens aan Demmink ‘geleverd’ zou hebben inderdaad te bestaan, blijkt uit informatie die het Turkse OM heeft geleverd. (KN)
