Kardinaal Karl-Josef Rauber is op 88-jarige leeftijd overleden. Tussen 2003 en 2009 was hij apostolisch nuntius in België en Luxemburg. De uit Duitsland afkomstige kardinaal zal in Rome begraven worden.
Kardinaal Rauber overleed zondagavond in het klooster van de Schönstatt-beweging in Ergenzingen, waar hij de laatste jaren van zijn leven doorbracht. Vorig jaar liep hij een coronabesmetting op, waardoor zijn gezondheid sterk achteruit was gegaan.
Het lichaam van de kardinaal wordt in de komende dagen overgebracht naar Rome. Daar zal hij begraven worden op het Campo Santo dei Teutonici e dei Fiamminghi (het kerkhof van de Duitsers en de Vlamingen), waar ook zijn ouders begraven liggen.
Rauber stond bekend als een bescheiden man. In het Schönstatt-klooster waar hij op het eind van zijn leven woonde, gaf hij de voorkeur aan twee kleine kamertjes boven een ruim appartement. Over kerkpolitiek deed hij zelden uitspraken, omdat hij zich naar eigen zeggen te oud voelde om “de Kerk te helpen besturen”.
Kardinaal Karl-Josef Rauber werd op 11 april 1934 geboren in Neurenberg en in 1959 tot priester gewijd. In de jaren daarna diende hij in heel wat landen als apostolische nuntius (een rol vergelijkbaar met die van een ambassadeur). Rauber was voor het eerst nuntius in Oeganda en daarna achtereenvolgend in Zwitserland en Liechtenstein, Hongarije en Moldavië en in België en Luxemburg.
Een van de taken van een apostolische nuntius is om kandidaten voor een bisschopsbenoeming voor te dragen. Kort na zijn emeritaat in 2009 verbrak Rauber het gebruikelijke zwijgen daarover, door in een interview te vertellen over de procedure rond de benoeming van de nieuwe aartsbisschop van Mechelen-Brussel in die periode. André Léonard werd destijds door het Vaticaan gekozen, terwijl Jozef de Kesel ‘favoriet’ was in België.
Rauber nam in juni 2009 ontslag als nuntius in België, omdat hij de emeritaatsleeftijd van 75 had bereid. In Luxemburg bleef hij ietsje langer aan: daar werd hij pas in juli van dat jaar vervangen. In 2015 werd hij door paus Franciscus kardinaal gemaakt.