<

Geef om katholieke journalistiek

doneer
Inspiratie

Paus: wij allen weten wat het kwade is

KN Redactie 16 mei 2019
image
CNS Photo - Paul Haring

Tijdens de algemene audiëntie van 15 mei sprak paus Franciscus over de zevende bede van het Onzevader: “Verlos ons van het kwade.”

Wij zijn aangekomen bij de zevende bede van het Onzevader: “Verlos ons van het kwade” (Mt. 6,13b). Met deze uitdrukking vraagt degene die bidt om niet verlaten te worden tijdens de bekoring, maar de biddende smeekt ook om verlost te worden van het kwaad.

De duivel

Het oorspronkelijke Griekse werkwoord is zeer sterk: het wijst op de aanwezigheid van de boze die ertoe neigt om ons vast te pakken en ons te bijten (vgl. 1 Pt. 5,8), en van wie men aan God vraagt verlost te worden. De apostel Petrus zegt ook dat de boze, de duivel, om ons heen dwaalt als een briesende leeuw die ons wil verslinden, en wij vragen God om ons te bevrijden.

Kinderlijk, maar niet kinderachtig

Met deze dubbele smeekbede, “breng ons niet” en “bevrijd”, komt een essentiële eigenschap van het christelijk gebed aan het licht. Jezus leert zijn vrienden om de bede tot de Vader voor alles te plaatsen, ook en vooral tijdens de momenten waarop de boze ons zijn bedreigende aanwezigheid doet voelen.

Het christelijk gebed sluit immers niet de ogen voor het leven. Het is een kinderlijk gebed, geen kinderachtig gebed. Als de laatste verzen van het Onzevader niet zouden bestaan, hoe zouden zondaars, vervolgden, wanhopigen en stervenden dan kunnen bidden?

Als wij ten einde raad zijn

De laatste bede is juist onze bede wanneer wij ten einde raad zijn. Er is een kwaad in ons leven, dat een onweerlegbare aanwezigheid vormt. De geschiedenisboeken zijn de treurige catalogus van hoezeer ons bestaan in deze wereld vaak een mislukt avontuur is geweest.

Er is een mysterieus kwaad, dat zeker niet het werk van God is, maar dat op stille wijze tussen de plooien van de geschiedenis door dringt. Stil als de slang die het gif draagt. Soms lijkt het de overhand te nemen: op sommige dagen lijkt zijn aanwezigheid zelfs duidelijker dan de barmhartigheid van God.

Het kwaad zien, zelfs in eigen hart

De biddende is niet blind, hem staat dit omslachtige kwaad, dat tegenstrijdig is aan het mysterie van diezelfde God, helder voor ogen. Hij ziet het in de natuur, in de geschiedenis, zelfs in zijn eigen hart. Want er is niemand van ons die kan zeggen vrij te zijn van het kwade, of niet ten minste verleid te worden.

Wij allen weten wat het kwade is; wij allen weten wat de bekoring is, wij allen hebben in ons vlees de bekoring ervaren van iedere zonde. Maar het is de verleider die ons beweegt en brengt tot het kwade door te zeggen: “Doe dit, denk dit, neem deze weg.”

De laatste bede van het Onzevader bestrijdt dit kwaad dat de meest diverse ervaringen omvat: de rouw van de mens, het onschuldig lijden, de slavernij, het misbruiken van de ander, het huilen van onschuldige kinderen. Al deze gebeurtenissen protesteren in het hart van de mens en vermengen zich tot één stem in het laatste woord van het gebed van Jezus.

Jezus’ lijden

Juist in het verhaal van de passie vinden enkele uitdrukkingen van het Onzevader hun meest opmerkelijke weerklank. Jezus zegt: “Abbà! Vader! voor U is alles mogelijk; laat deze beker Mij voorbijgaan. Maar toch: niet wat Ik maar wat Gij wilt” (Mc 14,36).

Jezus ervaart ten volle het doordringen van het kwaad. Niet alleen de dood, maar de kruisdood. Niet alleen de eenzaamheid, maar ook de verachting, de vernedering. Niet alleen de kwaadaardigheid, maar ook de wreedheid en de samenzwering tegen Hem.

Dit is de mens: een schepsel dat bestemd is voor het leven, dat de liefde en het goede droomt, maar dat zichzelf en de anderen vervolgens blootstelt aan het kwaad, tot op het punt dat we bekoord kunnen worden om te wanhopen aan de mens.

Jezus komt ons te hulp

Best broeders en zusters, op deze wijze lijkt het Onzevader op een symfonie die zich wil vervullen in ieder van ons. De christen weet hoezeer de macht van het kwaad dwingend is. Tegelijkertijd ervaart hij dat Jezus, die nooit heeft toegegeven aan zijn vleierij, aan onze zijde staat en ons te hulp komt.

Zo laat het gebed van Jezus ons de waardevolste erfenis na: de aanwezigheid van de Zoon van God die ons heeft bevrijdt van het kwaad, door te strijden om het om te keren. Tijdens de laatste strijd vraagt Hij Petrus om zijn zwaard weer in de schede te steken, Hij verzekert de tot inkeer gekomen goede dief van het paradijs.

En aan allen die om Hem heen stonden en zich niet bewust waren van de tragedie die plaatsvond, biedt Hij woorden van vrede aan: “Vader, vergeef hun want zij weten niet wat zij doen” (Lc. 23,34).

Vrede voor uw zielen

Vanuit de vergeving van Jezus op het kruis komt de vrede voort, de ware vrede komt van het kruis: het is het geschenk van de Verrezene, een geschenk dat Jezus ons geeft. De eerste begroeting van de verrezen Jezus is “Vrede zij u”, vrede voor uw zielen, uw harten, uw levens. De Heer schenkt ons de vrede, Hij geeft ons de vergeving maar wij moeten vragen: “Bevrijd ons van het kwade”, om niet in het kwade te vallen.

Dit is onze hoop, de kracht die de verrezen Jezus ons geeft, die hier tussen ons is: Hij is hier. Hij is hier met die kracht die Hij ons schenkt om door te gaan, en belooft ons te bevrijden van het kwaad. (Vert. FP)

Een traditie van eeuwen tegenover de waan van de dag

In een wereld waarin alles voortdurend verandert en onder druk staat, is katholieke kwaliteitsjournalistiek een uniek en kostbaar goed. Op KN.nl heeft u altijd toegang tot het laatste nieuws uit kerk en samenleving, en vindt u uitgebreide reportages en verhelderende analyses van onze gespecialiseerde redacteuren.

Voor maar € 1,40 per week leest u altijd als eerste al het moois dat KN.nl te bieden heeft, heeft u online onbeperkt toegang tot al onze artikelen én steunt u het voortbestaan van de laatste katholieke krant van Nederland.

Dus geef om katholieke kwaliteitsjournalistiek en word lid van KN Online.