Kardinaal Wim Eijk heeft als referent voor medisch-ethische kwesties namens de Nederlandse Bisschoppenconferentie gereageerd op de rechterlijke uitspraak omtrent de euthanasie van een demente patiënt.
De kardinaal schreef de verklaring in reactie op vragen van Katholiek Nieuwsblad, naar aanleiding van de recente vrijspraak van een arts die euthanasie had uitgevoerd op een demente vrouw. Het Openbaar Ministerie maakte gisteren bekend het vonnis te laten toetsen door de Hoge Raad.
Eijk noemt de toename aan gerechtelijke procedures en de daling van euthanasiegevallen in zijn verklaring voorzichtig goed nieuws. Opvallend is het medeleven dat hij betoont aan de beschuldigde euthanasiearts.
Kardinaal Eijk richt zich in zijn verklaring vooral op de bredere ontwikkeling: “Het aantal gevallen van euthanasie en hulp bij suïcide is sinds 1990, het jaar dat daar het eerst onderzoek naar is gedaan, fors gestegen. Het aantal bij de Regionale Toetsingscommissies gemelde gevallen van levensbeëindiging op verzoek daalde echter van 6.585 in 2017 naar 6.126 in 2018. Dit komt neer op een daling van circa 7%.”
De kardinaal vermoedt dat artsen onzeker zijn geworden en daardoor terughoudend bij het inwilligen van euthanasieverzoeken. Hij ziet ook de keerzijde. “Omdat de eigen arts vaker weigert om euthanasie toe te passen, wenden mensen zich in een significant hogere frequentie tot de Levenseindekliniek in Den Haag om door een hierbij aangesloten arts het leven te laten beëindigen.”
Toch nemen de cijfers voorzichtig af. Voor kardinaal Eijk is dat het grootste nieuws in deze zaak.
Hij schrijft: “Wat moet iemand concluderen die de opvatting is toegedaan dat het menselijk leven een intrinsieke waardigheid heeft en daarom nooit mag worden beëindigd? Die zou het liefst zien dat euthanasie, hulp bij suïcide en levensbeëindiging zonder verzoek nooit zouden plaatsvinden.”
“Toch is een daling van het aantal gevallen van levensbeëindiging op verzoek met 7% niet zonder betekenis. Het is in ieder geval een relatieve bijdrage aan het Algemeen Welzijn, dat volgens de katholieke Kerk het basisprincipe is van de sociale ethiek,” aldus Eijk.
Het Algemeen Welzijn omvat volgens de kardinaal “het geheel aan condities die nodig zijn opdat alle leden van de samenleving hun doel als mens kunnen bereiken. Eén van deze condities is dat de intrinsieke waardigheid van het menselijk leven wordt geëerbiedigd en het respect ervoor door het recht wordt afgedwongen.
Een andere conditie die onlosmakelijk met het Algemeen Welzijn is verbonden, houdt in dat wetten worden nageleefd. Dit geldt onder bepaalde voorwaarden ook voor een wet zoals de Euthanasiewet die onrechtvaardig wordt geacht vanuit de overtuiging dat het menselijk leven een intrinsieke waardigheid heeft.
Door de restricties en de zorgvuldigheidseisen die de Euthanasiewet stelt aan levensbeëindiging op verzoek biedt zij in ieder geval een relatieve bijdrage aan de bescherming van het menselijk leven.”
Opvallend is het stuk in de verklaring waar kardinaal Eijk medeleven betoont aan de inmiddels gepensioneerde euthanasiearts. “Overigens vroeg het Openbaar Ministerie niet om de arts een straf op te leggen. Bedacht moet echter worden dat de gerechtelijke procedure bij een arts veel onzekerheid en spanningen met zich meebrengt en daardoor op zich een zware belasting is.”
De zware last die op de schouders van artsen ligt door de onduidelijkheid in de Nederlandse wet blijft voortduren. Kardinaal Eijk, zelf ook arts, lijkt de positie waarin de medici verkeren te begrijpen. Hij juicht het toe dat artsen terughoudender zijn in het inwilligen van euthanasieverzoeken.
Kardinaal Eijk concludeert: “Een daling van het aantal euthanasiegevallen per jaar met 7% is weinig, maar blijft een – zij het kleine bijdrage – aan het Algemeen Welzijn. Zet deze daling zich door?”
“Of vatten artsen door bovengenoemde uitspraak van de rechter weer moed? De jaarverslagen van de Regionale Toetsingscommissie zullen het leren.”
> Lees hier de volledige verklaring van kardinaal Eijk over euthanasie (PDF).