Christelijke journalistiek staat ten dienste van het Rijk Gods, schrijft ND-journalist Hendro Munsterman. Daarom moet zij duidend, inspirerend én kritisch zijn.
Mijn oma raakte in 1981 in gewetensnood omdat haar favoriete quizmaster Willem Ruis van haar eigen KRO overstapte naar de ‘rode VARA’. In haar Twentse dorpskerk had ze in 1954 gehoord hoe de bisschoppen het luisteren en kijken naar de VARA uitdrukkelijk hadden veroordeeld.
Maar terwijl de asbak met KRO-logo voor haar op tafel stond, keek ze toch stiekem. Als ik dan op dinsdagavond bij haar de poort opendeed, zag ik haar verschrikt opspringen om de televisieknop snel uit te doen in de hoop dat ik het niet gezien had.
Er is weinig meer over van deze zo typisch Nederlandse verzuilde cultuur. Wat er nog van rest zijn vaak niet meer dan knipogen uit het verleden.
“Van zuilkranten zijn wij nichekranten geworden; sommigen lijden daar nog steeds onder, maar uiteindelijk is het een ongelofelijke kans”Tweet dit!
- Hendro Munsterman
Want terwijl De Volkskrant haar katholieke identiteit overboord gooide, ontstonden binnen de protestantse zuil juist ‘onderzuilen’. Naast de grote NCRV kwam de kleine EO. Naast het grote Trouw het kleinere Nederlands Dagblad en het Reformatorisch Dagblad. Binnen het protestantisme is delen altijd een favorietere wiskundige bezigheid geweest dan optellen en vermenigvuldigen.
Toen Katholiek Nieuwsblad veertig jaar geleden werd opgericht was er heimwee naar een sterke katholieke zuil. Uw eerste hoofdredacteur kondigde zelfs met Roomsche overmoed aan dat KN binnen een jaar honderdduizend abonnees zou hebben. KN is niet alleen geboren uit het verlangen om de liberaal-katholieke koers in ons land om te buigen, maar ook uit nostalgie naar een wereld waar katholiek ‘nog gewoon katholiek’ was.
Het is allemaal voorbij. Zowel Katholiek Nieuwsblad als mijn eigen Nederlands Dagblad – sinds 1992 geen vrijgemaakt-gereformeerde krant meer maar een zelfbewust dagblad voor alle christenen in Nederland – wilden bij hun oprichting een zuilkrant zijn. De geschiedenis heeft van ons nichekranten gemaakt. Sommigen lijden daar nog steeds onder, maar uiteindelijk is het een ongelofelijke kans.
Het gevaar voor een nichemedium is natuurlijk dat zijn journalisten zich terugtrekken op het eigen erf en het feitelijk een soort clubblad van eensgezinden wordt. Waar de deuren en ramen op slot gaan en er geen frisse lucht meer binnenkomt.
Maar juist omdat andere media steeds minder over religie schrijven en er bij collega-journalisten een dramatisch gebrek aan kennis over Kerk en religie heerst, zijn onze media in staat een publiek te vinden en te bedienen dat elders hongerig en dorstig achterblijft.
Onze missie moeten we uitvoeren in een wereld waar vooral jongeren niet meer gewend zijn om voor kwaliteitsjournalistiek te betalen. In een wereld waar de algoritmes van sociale media een lading aan nieuws (inderdaad: ook onzin) over ons uitstrooien. Minder ter lering, vooral ter vermaak. We moeten bovendien onze missie uitvoeren in een digitale wereld. Mijn kinderen vinden een papieren krant inmiddels vreemd (“Wat leest dat raar!”), want digitaal lezen is ‘het nieuwe normaal’.
“Zoals alle macht gecontroleerd moet worden, moet dat ook met kerkelijke macht gebeuren”Tweet dit!
- Hendro Munsterman
Maar de belangrijkste uitdaging blijft de vraag die de ‘oude catechismus’ ook aan journalisten en kranten stelt: ‘Waartoe zijn wij op aarde?’. Uiteindelijk is daar maar één antwoord op mogelijk: christelijke journalistiek heeft als enig doel bij te dragen aan het Rijk Gods. U weet wel, die werkelijkheid van God, die de mens voluit tot mens maakt, die wereld die er al is en toch nog niet.
Daarom moeten wij verhalen maken die onze lezers inspireren, hoop geven en aanmoedigen. Die vertellen over Gods mysterieuze aanwezigheid en werkzaamheid in onze wereld. In de Kerk, maar ook daar waar Hij niet expliciet verkondigd of beleden wordt.
Daarom moeten we ook vertellen over het lijden dat onze wereld blijft kenmerken. Journalisten moeten het kwaad verslaan. Opdat lijden gezien wordt en mensen gehoord. En wij hen in gebed kunnen dragen.
Daarom moeten christelijke journalisten ontwikkelingen in de Kerk ook vertellen en duiden. De wereldwijde Kerk is in beweging. Zoals zij altijd is geweest. Onze lezers willen weten wat er gebeurt en wat dat betekent.
Wij hebben zelfs de taak ook nieuws te brengen dat onze lezers eigenlijk liever niet zouden lezen. Bijvoorbeeld als het gaat over vormen van geestelijk, seksueel of machtsmisbruik. Want journalistiek heeft een kritische functie. De Kerk valt niet samen met het Rijk Gods.
Zoals alle macht gecontroleerd moet worden, moet dat ook met kerkelijke macht gebeuren. Veel kerkleiders en sommige van hun woordvoerders vinden het nog steeds moeilijk om daarmee om te gaan.
Het Tweede Vaticaans Concilie noemde de Kerk inderdaad ‘heilig’, maar erkende tegelijkertijd ook dat zij ‘constant tot uitzuivering is geroepen’. Wat in de Kerk niet bijdraagt aan het Rijk Gods moet aan het licht gebracht worden.
Christelijke journalistiek is er niet in de eerste plaats voor geloofsverkondiging. Zij moet als enige doel hebben vanuit haar geloof naar vermogen bij te dragen aan het Rijk Gods. In haar zoektocht naar waarheid. Naar waarachtigheid.
Hendro Munsterman is katholiek theoloog en Vaticaan-correspondent van het Nederlands Dagblad.
Gratis kennismaken met KN?Dit artikel is afkomstig uit Katholiek Nieuwsblad van deze week. Vrijblijvend kennismaken met KN? Vraag hier 3 gratis proefnummers aan! |
In een wereld waarin alles voortdurend verandert en onder druk staat, is katholieke kwaliteitsjournalistiek een uniek en kostbaar goed. Op KN.nl heeft u altijd toegang tot het laatste nieuws uit kerk en samenleving, en vindt u uitgebreide reportages en verhelderende analyses van onze gespecialiseerde redacteuren.
Voor maar € 1,40 per week leest u altijd als eerste al het moois dat KN.nl te bieden heeft, heeft u online onbeperkt toegang tot al onze artikelen én steunt u het voortbestaan van de laatste katholieke krant van Nederland.
Dus geef om katholieke kwaliteitsjournalistiek en word lid van KN Online.