Door vergrijzing, krimp en het verdwijnen van basisvoorzieningen zullen kleine Nederlandse dorpen in de aankomende jaren snel veranderen. Jacobine Gelderloos is ervan overtuigd dat dorpskerken een grote bijdrage kunnen leveren aan de leefbaarheid van kleine dorpen: “Op veel plekken is de pastoor nog een van de weinige personen die achter de voordeur komt.”
In het najaar van 2018 promoveerde Gelderloos aan de Protestantse Theologische Universiteit op de rol en de betekenis van dorpskerken in kleine plattelandsgemeenten. Dit proefschrift nam twee protestantse kerken onder de loep: één in Brabant (gemeente Asten-Someren), de andere in Groningen (gemeente Schildwolde-Overschild-Hellum-Noordbroek).
Gelderloos constateerde in haar promotieonderzoek dat in de dorpen waar de kerk was verdwenen, mensen toch gehecht blijven aan rituelen en bezinning: “Toen in Schildwolde een ongeluk was gebeurd, zat de kerk tijdens de herdenkingsdienst helemaal vol. Mensen willen toch liever herdenken in een kerk dan in een dorpshuis.”
In haar werk als projectleider voor de Dorpskerkenbeweging, een initiatief van de Protestantste Kerk Nederland, stuurt zij dorpskerkenambassadeurs aan en ondersteunt zij dorpskerken bij het zoeken naar nieuwe manieren van kerk-zijn.
“Ik heb in mijn onderzoek geschreven over protestantse kerken, maar heb daarnaast ook veel gelezen over voorbeelden uit de katholieke Kerk en ook veel contact gehad met katholieke parochies. Wat ik daaruit heb geconcludeerd is dat katholieken en protestanten een andere aanpak hebben bij kerksluitingen, maar dat de sociale gevolgen van het verdwijnen van een dorpskerk wel degelijk hetzelfde zijn bij een katholieke kerk en een protestantse kerk.”
“Het thema van leefbaarheid is een thema dat in kleine dorpen leeft. Veel dorpsbewoners maken zich zorgen over de grootschalige krimp, de vergrijzing en het verdwijnen van basisvoorzieningen uit hun dorp. De kerk heeft hier een belangrijke taak. Op veel plekken is de pastoor namelijk nog een van de weinige personen die nog achter de voordeur komt en ziet wat er gebeurt. Er zijn steeds meer gemeenten die ook de verschillende kerken vragen om mee te praten om het platteland leefbaar en veilig te houden.
Daarnaast heeft de dorpskerk heeft al van oudsher bijgedragen aan de kwaliteit van het dorpsleven. Als mensen trouwden, als mensen herdacht werden en als er kinderen gedoopt moesten worden. Deze gebeurtenissen gebeuren steeds minder vaak in een kerk, maar daar komen wel andere gebeurtenissen voor terug. Culturele evenementen zoals concerten, lezingen en tentoonstellingen worden ook nog in dorpskerken georganiseerd. Hierdoor blijven dorpsbewoners elkaar ontmoeten op regelmatige basis, en blijft de kerk mensen met elkaar verbinden.”
“Ik ben ervan overtuigd dat de behoefte aan gemeenschap en rituelen zal blijven bestaan”
- Jacobine Gelderloos
“Er zijn inderdaad al veel kerken gesloten en er zullen in de komende tien jaar nog veel meer dorpskerken gesloten worden. Voor een katholiek is een kerksluiting vaak lastiger dan voor een protestant omdat het kerkgebouw een meer centrale plek inneemt in de beleving van het geloof. Daarnaast is het ook lastig dat je als kerk het gezicht van je geloofsgemeenschap kwijtraakt: een plek waar alle rituelen werden uitgevoerd.
Het is daarom nodig dat je als geloofsgemeenschap gaat nadenken over de vraag: hoe kunnen wij, als de kerk gesloten wordt, nog zichtbaar aanwezig zijn in het dorp? Als het kerkgebouw weg is, betekent dat niet dat ook de gemeenschap verdwenen is: er zijn nog steeds gelovigen die in het dorp wonen. Maar zonder het gebouw moet er wel iets meer moeite worden gedaan om in het dorp zichtbaar aanwezig te zijn.
Wat ik wel interessant vind is dat er gezocht wordt naar alternatieve kerkplekken. Dat er op initiatief van de dorpsbewoners een kapelletje op de begraafplaats wordt gebouwd waar nog een wake kan worden gehouden of waar nog een kaarsje kan worden aangestoken. Of dat er wordt nagedacht over pioniersplekken, zoals in Makkum, waar de lokale parochie een deelwinkel in de winkelstraat is gestart. Op deze manier kan de kerk een waardevolle plek innemen in een dorpsgemeenschap.”
“Ik ben ervan overtuigd dat de behoefte aan gemeenschap en rituelen zal blijven bestaan. Dat zag ik bijvoorbeeld bij een dorp waar na een aantal jaar weer eens een gezamenlijke, oecumenische kerstnachtdienst werd georganiseerd. Veel dorpsbewoners hadden die gezamenlijke momenten gemist, en zagen het als een waardevolle ontmoeting waar ze als dorpsgemeenschap verbonden voelden met elkaar.
Ik denk dat het belangrijk blijft dat je als kerk voorbij een ‘kerkelijke verlegenheid’ komt. In mijn onderzoek zag ik dat veel gelovigen bang zijn om over God en het geloof te spreken, omdat ze denken dat mensen in het dorp daar niet op zitten te wachten. Toch denk ik dat deze verlegenheid niet hoeft bestaan. Vaak vinden mensen het juist fijn als je uitlegt waar je voor staat, en wat bijvoorbeeld de betekenis van rituelen zijn. Ook in deze gesprekken kun je dan nog de relevantie van de dorpskerk laten zien.”
In de komende maanden belicht Katholiek Nieuwsblad het proces van kerksluiting en de gevolgen daarvan voor dorpsgemeenschappen van verschillende kanten. Daarbij gaan we in gesprek met onderzoekers, kerkbestuurders en gaan we op ook zoek naar verhalen van mensen die van dichtbij een kerksluiting hebben meegemaakt.
Dit onderzoek wordt mede mogelijk gemaakt door een subsidie van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek (SVDJ).