<

Geef om katholieke journalistiek

doneer
Verschillende Nederlandse bisdommen kennen het fenomeen: priesters die de parochie verruilen voor het klooster. Wat dreef hen in deze keuze? En wat heeft het klooster meer te bieden dan het parochiewerk? Deze week het tweede deel van een korte serie.
Interview

Van de parochie naar het klooster: ‘Ineens kwam heel sterk het besef: je moet kloosterling worden’

Francesco Paloni 18 maart 2024
image
Broeder Johan te Velde: "Het kloosterleven heeft een belangrijk aspect: de broederschap. Dat is misschien wel een van de meest indringende kanten." Foto: Francesco Paloni

Het leven van broeder Johan te Velde (69) kent niet één, maar meerdere verrassende wendingen. Als protestantse jongen voelde hij zich al aangetrokken tot het kloosterleven. Die stap daarnaartoe zou er komen, maar pas na dertig jaar gewerkt te hebben als parochiepriester.

“Toen ik zeventien jaar oud was, kwam ik met een godsdienstleraar van de middelbare school in Stadskanaal voor het eerst op bezoek in dit klooster. Dat maakte toen al een diepe indruk. Ik voelde mij niet zo thuis in de protestantse kerk. Ik was erg geïnteresseerd in religie en levensbeschouwing.”

Een zoektocht

Te Velde beschrijft zijn tienertijd als een zoektocht. Hij besloot theologie te studeren na de middelbare school. Hij deed dit op een protestantse opleiding. “In die tijd wist ik zeker dat ik katholiek wilde worden. Ik vond dat de katholieke Kerk veel beter de traditie van het christendom vertegenwoordigde. Die kant wilde ik op.”

De toen negentienjarige Te Velde zocht de plaatselijke pastoor op, aan wie hij zijn keuze kenbaar maakte. Hij werd opgenomen in de katholieke Kerk en ontving het vormsel. Vervolgens stapte hij over naar Utrecht om zijn theologieopleiding af te ronden. Eenmaal katholiek geworden, speelde er bij Te Velde opnieuw de gedachte om het klooster in te gaan.

Afstand genomen

“Ik dacht: zal ik franciscaan of benedictijn worden?. In 1976, tijdens mijn studie, ben ik ook nog een maand in een klooster geweest, om het uit te proberen. Maar hier in Slangenburg [het landgoed waar de Sint-Willibrordsabdij staat, fp] kwam ik ook nog wel vaak op bezoek.”

“Uiteindelijk heb ik die stap toch niet durven of kunnen zetten”, vertelt Te Velde. “Misschien omdat het kloosterleven mij saai leek. Op een gegeven moment heb ik er afstand van genomen.”

Te weinig aandacht

Te Velde meldde zich bij de toenmalige bisschop van Groningen met de verrassende boodschap: hij wilde priester worden. “Die man wist niet wat hem overkwam. Er waren in die tijd helemaal geen priesterstudenten. Hij was al tien jaar bisschop, maar hij had nog niemand gewijd.”

De vorming voor het priesterschap ontving hij niet in een priesterseminarie. “De Nederlandse kerkprovincie had eind jaren zestig de seminaries van alle bisdommen, ordes en congregaties samengevoegd in vijf theologieopleidingen. Wij vonden als studenten dat er weinig aandacht was voor spiritualiteit en voor liturgisch leven.”

Parochieleven zwaarder

In 1982 volgde zijn priesterwijding. Te Velde werd vrij snel daarna pastoor in het bisdom Groningen-Leeuwarden. De deur naar het kloosterleven was dicht. Na tientallen jaren volgde een nieuwe stap in het leven van Te Velde: hij werd vicaris en later ook vicaris-generaal.

image
Broeder Johan te Velde is medebroeder van broeder Coert Biesjot, die ook voor deze serie is geïnterviewd. Foto: Francesco Paloni

“Dat was op bestuurlijk niveau een pittige tijd. Er moesten kerken gesloten worden. Tegelijkertijd was ik pastoor van meerdere parochies.” Te Velde begon het parochieleven als zwaarder te ervaren. “Je hebt te maken met ontkerkelijking. Dat heeft mij altijd veel pijn gedaan. Je zet jezelf enorm in. Maar de respons is vaak matig.”

Zwaarder en moeilijker

“Het is moeilijk als je het parochiewerk in je eentje moet doen”, vervolgt Te Velde. Hij zocht steun bij collega’s. “Samen de vespers bidden, met elkaar eten. Ik denk wel dat bisdommen daar nadruk op moeten leggen, op collegialiteit. Maar ook op gebedsvorming en op het zoeken van een geestelijk leidsman.”

“Ik heb het parochiewerk altijd met vreugde gedaan. Ik had daar ook altijd energie voor. Ik heb niet voor het klooster gekozen omdat ik er genoeg van had. Maar het speelde wel mee dat het zwaarder en moeilijker werd.”

Gebed en meditatie

In 2006 kreeg Te Velde een nieuwe benoeming. Er begonnen toen twee dingen te kriebelen. “Ik wilde meer aan gebed doen. In het drukke pastoraatsleven houd je weinig tijd over voor gebed en meditatie. Maar ik wilde ook meer aan studie doen.”

“Ik heb niet voor het klooster gekozen omdat ik genoeg had van het parochiewerk, maar dat werd wel zwaarder”

Een bezoek aan het benedictijnenklooster van Chevetogne in België in 2009 gaf de definitieve doorslag. “Ik was aan het bidden in de kerk. Ineens kwam er een heel sterk besef in mij: ‘je moet kloosterling worden’. Dit was onverwachts. Ik hoorde een soort innerlijke stem. Het was fijn om te horen.”

Niet altijd makkelijk

Te Velde hield deze ervaring in eerste instantie voor zichzelf. “Ik wilde niet meteen weggaan uit de parochie, ik was er nog niet zo lang. Daarnaast was ik ook vicaris. Uiteindelijk sprak ik er met enkele mensen over en in 2011 ook met de bisschop.”

Sinds september 2012 maakt Te Velde onderdeel uit van de kloostergemeenschap. Hij voelt zich nog steeds op zijn plaats, al is het kloosterbestaan niet altijd even makkelijk.

https://www.kn.nl/nieuwsbrief/

“Het kloosterleven heeft een belangrijk aspect: de broederschap. Dat is misschien wel een van de meest indringende kanten. Je kunt niet selecteren: ‘met hem wil ik wel, met hem wil ik niet’. Maar het is belangrijk om broeders te hebben: ook om gecorrigeerd te worden. We hebben toch een prachtige groep. Het kloosterleven geeft mij een nieuwe impuls, terwijl ik toch trouw kan blijven aan mijn roeping.”

Gratis kennismaken met KN?

Dit artikel is afkomstig uit Katholiek Nieuwsblad van deze week. Vrijblijvend kennismaken met onze weekeditie? Vraag hier 3 gratis proefnummers aan! Of bestel dit nummer digitaal

Een traditie van eeuwen tegenover de waan van de dag

In een wereld waarin alles voortdurend verandert en onder druk staat, is katholieke kwaliteitsjournalistiek een uniek en kostbaar goed. Op KN.nl heeft u altijd toegang tot het laatste nieuws uit kerk en samenleving, en vindt u uitgebreide reportages en verhelderende analyses van onze gespecialiseerde redacteuren.

Voor maar € 1,40 per week leest u altijd als eerste al het moois dat KN.nl te bieden heeft, heeft u online onbeperkt toegang tot al onze artikelen én steunt u het voortbestaan van de laatste katholieke krant van Nederland.

Dus geef om katholieke kwaliteitsjournalistiek en word lid van KN Online.