Hij begon ruim vijf jaar geleden als stagiair bij Katholiek Nieuwsblad, maar heeft het inmiddels tot eindredacteur geschopt – zeg maar de ‘tweede man’ naast de hoofdredacteur. Luuk van den Einden (27) vertelt over zijn nieuwe functie en de uitdagingen waar KN mee te maken heeft.

Je bent nu zo’n vier maanden eindredacteur. Hoe bevalt dat?

“Heel goed. Het is een grote eer én een grote verantwoordelijkheid om alle artikelen van mijn collega’s te redigeren, om te kijken op welke manieren ze nog net wat sterker uit de verf komen. Het is een bevreemdende ervaring om als een relatief jonge journalist te sleutelen aan de stukken van journalisten die vaak al veel langer in het vak zitten. Gelukkig voel ik het vertrouwen dat collega’s in mij hebben. KN is geen soloproject, maar een medium dat we met een heel team ondersteunen.”

Hiervoor was je ‘gewoon’ redacteur. Wat is er voor jou veranderd?

“Mijn functietitel heeft er slechts vier letters bij gekregen, maar mijn takenpakket ziet er fors anders uit. Mijn rol in het mee bepalen welke onderwerpen we wel en niet oppakken, is groter geworden. Het contact met freelancers en collega’s op de redactie is in een nieuw licht komen te staan: met hen sparren en overleggen over stukken en ideeën is een van mijn belangrijkste taken. Kritiek geven hoort daar soms ook bij; dat vond ik in het begin best spannend, maar het wordt héél goed opgevat door de schrijvers. Daar hebben we echt geluk mee: we werken met ontzettend fijne, professionele mensen.

Ik blijf zelf ook eigen artikelen schrijven, maar daar heb ik wel veel minder tijd voor dan eerst. Ik moet dus goed nadenken over wat ik wel en niet kan oppakken. Daardoor heb ik ook moeten besluiten om de coördinatie van onze online jongerenpagina KN Jong uit handen te geven. Dat vind ik echt heel jammer, want KN Jong is altijd een beetje mijn ‘kindje’ geweest sinds ik dat ruim vijf jaar geleden, in het staartje van mijn stage bij KN, vorm begon te geven.

Gelukkig blijft KN Jong gewoon doorgaan. Met een gerust hart draag ik dat over aan onze nieuwe collega Emma Koevoets, die nu al overloopt van ideeën voor onze jongerenpagina. Op die manier blijven we werken aan verdieping en inspiratie voor katholieke jongeren – en iedere katholiek die jong van hart is, natuurlijk.”

Wat heeft 2024 in petto voor KN?

“Naast dat we natuurlijk iedere week een mooie digitale en papieren krant blijven maken, zetten we vol in op onze online aanwezigheid. Onze website kn.nl is fantastisch opgebloeid en staat zo vol met interessante, verdiepende en inspirerende artikelen dat ik lezers aanraad om daar iedere dag te gaan kijken, zodat ze niets missen. Sinds het uitrollen van ons online abonnement zien we voor het eerst sinds tijden weer groei in ons abonneebestand. Al meer dan driehonderd mensen hebben zich aangemeld voor een KN Online-abonnement; een heel mooi begin.

Maar we zijn er nog lang niet, er zijn nog volop uitdagingen. Dit jaar wordt financieel spannender dan ooit. In onze vorige wervingsoproep gaven we aan dat er 150.000 euro nodig is. Hoewel de gulheid van onze gevers hartverwarmend was, hebben we dat bedrag nog niet gehaald. De steun van onze donateurs, abonnees, lezers en vrienden blijft van levensbelang.”

Wat is er nodig om KN toekomstbestendig te maken?

“Een van mijn favoriete heiligenverhalen is dat van de derde-eeuwse Laurentius van Rome. Van zijn Romeinse vervolgers moest hij de schatten van de Kerk overdragen. In plaats van met goud en zilver kwam hij aanzetten met een grote groep mensen. ‘Kijk’, zei hij, ‘dit zijn de schatten van de Kerk.’

In diezelfde zin zijn onze lezers de schatten van KN. Zij zijn uiteindelijk het allerbelangrijkst voor ons voortbestaan. Ik hoop dat ieder van onze lezers zich ambassadeur van KN weet. Dat ze tegen hun medeparochianen, hun vrienden en collega’s, hun kleinkinderen en ouders over KN vertellen. Dat ze op sociale media ons volgen en onze berichten verspreiden. Dat ze bedrijven en stichtingen wijzen op onze talrijke advertentiemogelijkheden. Dat ze de redactie laten weten wat goed is en wat beter kan. En dat ze voor ons bidden. Ondanks vele tegenslagen gaat KN al ruim veertig jaar door. Het kan niet anders dan dat Onze Lieve Heer wil dat KN blijft bestaan. Maar vanzelfsprekend is ons voortbestaan niet, daar hebben we onze lezers en gulle gevers ook echt hard voor nodig.”